Als u antivriesmiddel aanvult, houdt u dan rekening
met de volgende punten, afhankelijk van de concen-
tratie van het mengsel:
●
verwarmingscapaciteit van de warmtepomp ver-
mindert
●
COP-waarde wordt slechter
●
Bij op locatie geplaatste circulatiepompen vermin-
dert de pompcapaciteit, bij geïntegreerde circu-
latiepompen vermindert de aangegeven vrije op-
voerhoogte
●
De compatibiliteit van het materiaal van de ge-
bruikte componenten met het antivriesmengsel
moet gegarandeerd zijn.
Gebruikershandleiding Hydrauliektower HT 7
10 Hydraulische aansluitingen
isoleren
Isoleer hydraulische leidingen in overeenstemming
met de lokale voorschriften.
1.
Open de afsluiters.
2.
Voer een drukproef uit en controleer de dichtheid.
3.
Isoleer de externe, plaatselijke leidingen.
4.
Isoleer alle aansluitingen, armaturen en leidingen.
5.
Isoleer de condensafvoer vorstvrij.
6.
Sluit het apparaat rondom volledig af zodat het
beschermd is tegen knaagdieren.
7.
De opdrachtgever dient bij hydraulische en elek-
trische leidingen te zorgen voor bescherming te-
gen knaagdieren.
LET OP
Bij gebruik van het toebehoren CPS dient de op-
drachtgever te zorgen voor de uv-bestendigheid van
de hydraulische isolatie.
LET OP
Bij gebruik van het toebehoren HVLD de overgang
naar de KG afvoerbuis met het afsluitdeksel EDH
32/160 (toebehoren) afdichten.
11 Overstortventiel
Gebruikershandleiding Hydrauliektower HT 7
Technische wijzigingen voorbehouden | 83070000cNL | ait-deutschland GmbH
12 Inbedrijfstelling
WAARSCHUWING
Het apparaat mag uitsluitend met gemon-
teerde panelen en ventilatorbeschermings-
rooster in bedrijf worden gesteld.
De relevante ontwerpgegevens van de installatie
zijn volledig gedocumenteerd.
Het gebruik van de warmtepompinstallatie is bij
het bevoegde energiebedrijf aangemeld.
De installatie is luchtvrij.
De installatiecontrole volgens de algemene instal-
latiechecklist is met succes voltooid.
De voeding met rechts draaiveld is bij de com-
pressor beschikbaar (alleen van toepassing op
apparaten met 400V-aansluiting).
De installatie is volgens deze gebruikershandlei-
ding opgesteld en gemonteerd.
De elektrische installatie is vakkundig uitgevoerd
in overeenstemming met deze gebruikershandlei-
ding en de lokale voorschriften.
De stroomvoorziening van de warmtepomp is uit-
gerust met een zekeringautomaat (volgens IEC
60947-2) die op alle polen is aangesloten en een
afstand van ten minste 3 mm tussen de contac-
ten heeft.
De waarde van de uitschakelstroom is in acht ge-
nomen.
Het verwarmingscircuit is gespoeld en ontlucht.
Alle afsluiters van het verwarmingscircuit zijn ge-
opend.
De leidingen en componenten van de installatie
zijn lekvrij.
De warmtepomp is in de verwarmings- en warm-
tepompregelaar als 'Slave 1' aangeduid.
Inbedrijfstelling van Jersey 5
1.
Jersey 5 en hydrauliektower HT 7 van spanning
voorzien.
2.
Instructies voor de inbedrijfstelling in de gebrui-
kershandleiding van de verwarmings- en warmte-
pompregelaar HPC volgen.
Gebruikershandleiding van de verwarmings- en
warmtepompregelaar HPC
17