9 Inbedrijfstelling
6. Druk minstens een seconde op de toets "Start"
PLUS in de verwarmmodus te schakelen.
Terwijl u op de toets drukt, kunt u het klikken van de zelftest horen.
•
De led "Start"
•
Elke verandering van de temperatuurinstelling moet binnen 5 seconden
•
bevestigd worden met de toets "Start", omdat de verwarmer de eerder
gekozen temperatuur anders opnieuw gebruikt.
Zolang de temperatuur van de warmtewisselcilinder onder 15 °C ligt,
•
toont de weergave "- - -".
Zolang de werkelijke temperatuur onder de inschakeltemperatuur van
•
het ondertemperatuuralarm ligt (4°C onder de geselecteerde
insteltemperatuur), brandt de led "Alarm" geel.
Tijdens het bedrijf kunt u de insteltemperatuur van de ASTOTHERM
•
PLUS altijd wijzigen (zie hoofdstuk 7 Bedrijfstoestanden -
paragraaf 7.4 Insteltemperatuur verhogen).
Alleen bij "S"-modellen:
7. Sluit de stekker van de ASTOLINE aan op de apparaatbus
op het achterste deel van de behuizing (de juiste
uitrichting is met pijlen aangeduid, zie Afb. 8).
8. Druk op de toets "ASTOLINE"
in te schakelen.
De led "ASTOLINE" brandt groen en de ASTOLINE
•
warmt langzaam op.
• Op de apparaatbus van de "S"-modellen mag uitsluitend de actieve isolatie
ASTOLINE worden aangesloten.
• Draai in de ingestoken toestand niet aan de gebogen stekkerbehuizing van
de ASTOLINE. Dit kan leiden tot beschadiging van de apparaatstekker en/of
apparaatbus.
brandt groen.
KENNISGEVING
ASTOTHERM PLUS Gebruiksaanwijzing
om de ASTOTHERM
om de ASTOLINE
Afb. 8: Aansluiting van
ASTOLINE
33