(Voorbeeld: Y-as)
4 Selecteer de Y-as door op de rechter pijltjestoets te
drukken.
Druk op [ENT] om vast te zetten.
5 Het scherm van 'POSITIE 1' knippert en het
apparaat begint met automatisch uitlijnen. Na het
automatisch uitlijnen gaat het lampje van
'POSITIE 1' branden. Vervolgens draait de
roterende kop en zendt een laserstraal uit. Y-).
6 Schakel de voeding voor de ontvanger in en druk
op de schakelaar voor detectienauwkeurigheid om
de hoge detectiefunctie te selecteren.
7 Controleer de positie van de laserstraal (Y-) op de
wand.
Beweeg de sensor omhoog of omlaag tot de LCD-
indicator het midden van de laserstraal vaststelt.
8 Druk na het vastzetten van de straal op [ENT].
Het scherm verandert in knipperend 'POSITIE 2'.
POSITIE 1
Controleer de laserstraal op de wand.
Zet de lasersensor vast in de positie
waarbij de LCD-indicator het midden van
de laserstraal vaststelt.
Druk na de controle op [ENT].
POSITIE 2
39