Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Creëren Van Uw Eigen Originele Ritmes - Casio Privia PX-330 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

3.
Selecteer d.m.v. de
gewenste automatische harmonisatietype.
Type-
Typenaam
nummer
00
Off
01
Duet 1
02
Duet 2
03
Country
Octave
04
(octaaf)
05
5th (kwint)
3-Way Open
06
(3-weg open)
3-Way Close
07
(3-weg
gesloten)
Strings (snaar-
08
instrumenten)
4-Way Open
09
(4-weg open)
4-Way Close
10
(4-weg
gesloten)
11
Block (pakket)
12
Big Band
4.
br
Druk op de
(TONE) toets.
Hierdoor wordt het automatische harmonisatiescherm
verlaten.
5.
Speel de melodie op het toetsenbord tijdens
de weergave van akkoorden.
Harmonie zal worden toegevoegd aan uw
melodienoten gebaseerd op de akkoorden die u speelt.
(w, q) toetsen het
bt
Omschrijving
Schakelt automatische
harmonisatie uit.
Voegt een hechte (met twee tot
en met vier graden gescheiden)
harmonie van één noot toe
onder de melodienoot.
Voegt een open (met meer dan 4
tot en met 6 graden gescheiden)
harmonie van 1 noot toe onder
de melodienoot.
Voegt een harmonie in country-
stijl toe.
Voegt de noot toe van de
naastliggende lagere octaaf.
Voegt een noot in de vijfde
graad toe.
Voegt een open harmonie van
2 noten toe, voor een totaal van
drie noten.
Voegt een gesloten harmonie
van 2 noten toe, voor een totaal
van drie noten.
Voegt een harmonie toe die
optimaal is voor
snaarinstrumenten.
Voegt een open harmonie van
3 noten toe, voor een totaal van
vier noten.
Voegt een gesloten harmonie
van 3 noten toe, voor een totaal
van vier noten.
Voegt een pakket akkoordnoten
toe.
Voegt een harmonie toe in big
band stijl.
Gebruiken van automatische begeleiding
Creëren van uw eigen
originele ritmes
U kunt ritmebewerking uitvoeren om een ingebouwd
begeleidingsritme te wijzigen en zo zelf een origineel
"gebruikersritme" te creëren. U kunt een onderdeel
(drum, bas, enz.) selecteren van een normaal patroon,
een intropatroon of een ander patroon (pagina D-20) en
het in- en uitschakelen, het volumeniveau bijstellen en
andere bewerkingen uitvoeren.
1.
Selecteer het nummer van het automatische
begeleidingsritme dat u wilt bewerken.
2.
Druk tegelijkertijd op de
bp
RHYTHMS) en
toetsen.
Hierdoor wordt het ritmebewerkingsscherm getoond.
3.
Selecteer d.m.v. de
begeleidingspatroontoetsen
het patroon (normaal, intro, eind, enz.) dat u
wilt bewerken.
De toets die u indrukt gaat branden om aan te geven
dat het patroon bewerkt wordt.
• Telkens bij indrukken van
wordt heen en weer geschakeld tussen NORMAL en
FILL-IN en bij elke maal indrukken van
(VARIATION/FILL-IN) wordt geschakeld tussen
VARIATION en FILL-IN. De van toepassing zijnde
toets knippert wanneer het invulpatroon geselecteerd
wordt.
Voorbeeld: Wanneer intro geselecteerd is
2
3
bo
(BALLAD/PIANO
(USER RHYTHMS)
2
tot en met
3
(NORMAL/FILL-IN)
4
4
5
5
D-21

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave