NL
Installatie
Algemene uitgangspunten voor
installatie
Voer vóór het begin van de installatie de
volgende stappen uit.
1. Stopkranen moeten al geïnstalleerd zijn.
2. Als de waterdruk boven de 5 bar ligt, moet er
een reduceerventiel (3 bar) worden gebruikt.
3. Sluit de stopkranen.
4. Verwijder in bestaande installaties de kraan,
de slangen en de boiler, als deze nog
aanwezig zijn.
5. Geef de bestaande koud- en
warmwateraansluiting aan.
6. Er moeten twee stopcontacten voorhanden
zijn voor aansluiting.
Installeer de overdrukventiel zo hoog
mogelijk in de keukenkast.
Installatiestappen
1. Installeren 3-in-1-kraan (zie pagina 48)
2. Installeren filter (zie pagina 49)
3. Installeren overdrukventiel (zie pagina 50)
4. Aansluiten afvoerslang (zie pagina 51)
5. Installeren boiler (zie pagina 51)
6. Installeren Hydraulic Box (zie pagina 51)
7. Aansluiten Hydraulic Box (zie pagina 52)
8. Aansluiten kraan 3-in-1 kraan (zie pagina 52)
9. Activeren Hydraulic Box (zie pagina 53)
10. Boiler spoelen (zie pagina 54)
11. Aansluiten en aanzetten boiler (zie pagina 54)
12. Installatie met WWS (zie pagina 55, 56, 57 en 58)
13. Installatie met Bypass (zie pagina 59, 60 en 61)
14. Inbedrijfstellen (zie pagina 62)
46