8�3�4 Instellen van het volume
Het volume van de zoemer kan worden ingesteld op basis van de vereisten:
a) Gebruik de pijlknoppen
b) Gebruik de
c) Gebruik de
d) Stel het gewenste volume in (OFF, 1 to 5) met behulp van de
8�3�5 Instellen van het soort pellets
Het soort pellets dat wordt gebruikt, kan worden ingesteld:
a) Gebruik de pijlknoppen
b) Gebruik de
c) Gebruik de
d) d) Stel één van de volgende waarden in met behulp van de
e) Druk
9�
Bediening van de kachel
9�1 De kachel opstarten
Om de kachel te starten, houd u de
Het pictogram met de vlam begint te knipperen tijdens de ontstekingsfase en blijft branden wanneer de kachel is
opgestart.
!Let op Automatische ontsteking van de kachel: de kachel wordt geleverd met een automatisch apparaat dat de pelletka-
chel opstart zonder gebruik te maken van andere traditionele aansteekmethoden.
!LET OP
Steek het vuur niet handmatig aan wanneer het automatische ontstekingssysteem van de kachel niet goed werkt.
!Let op Wanneer de kachel voor de eerste keer wordt opgestart, kan dit gepaard gaan met onaangename geuren of rook,
veroorzaakt door de verdamping of het drogen van bepaalde materialen die zijn gebruikt. Dit verschijnsel zal
geleidelijk verdwijnen.
De ruimte moet goed worden geventileerd wanneer de kachel de eerste paar keer wordt opgestart.
9�2 Wijzigen van de parameters
De operationele parameters van de kachel kunnen worden aangepast zoals beschreven in paragraaf 7.3.
De ingestelde waarden worden behouden tot de volgende wijziging, zelfs wanneer de kachel wordt uitgeschakeld
of de stekker uit het stopcontact wordt gehaald.
9�3 Uitschakelen
Om de kachel uit te schakelen, houdt u de
vlam uitgaat.
Voordat u de kachel opnieuw opstart is het raadzaam om de kachel eerst volledig te laten afkoelen.
!LET OP
De kachel mag alleen worden uitgeschakeld na de hierboven beschreven procedure. Schakel de kachel nooit uit
door de stekker uit het stopcontact te halen.
9�4 Gebruik met kamerthermostaat
Als de kachel wordt aangestuurd door een externe thermostaat (of klokthermostaat), moet de installateur configu-
ratie 1 hebben ingesteld.
In deze configuratie wordt de kachel uitgeschakeld wanneer de instelling van de externe thermostaat wordt
bereikt of wordt de uitvoer aangepast (d.w.z. dat de kachel probeert de gewenste temperatuur te behouden en
tegelijkertijd het brandstofverbruik tot een minimum beperkt) wanneer de ingestelde watertemperatuur wordt
bereikt.
De kachel wordt automatisch weer ingeschakeld wanneer de temperatuur onder de op de externe thermostaat
ingestelde waarde komt (circuit gesloten).
NL
18
tom naar het setup-menu
knop om het wachtwoord "7" te selecteren en druk vervolgens op
knop om te scrollen naar submenu [13] en dit te selecteren en druk op
tom naar het setup-menu
knop om het wachtwoord "7" te selecteren en druk vervolgens op
knop om te scrollen naar submenu [4] en dit te selecteren en druk op
"1"
•
Kleine pellets
"2"
•
Middelgrote pellets
"3"
•
Grote pellets
om de instellingen te bevestigen.
te gaan en druk vervolgens op
te gaan en druk vervolgens op
en de
knop enkele seconden ingedrukt.
knop enkele seconden ingedrukt; waarna het pictogram met de
G E B R U I K & O N D E R H O U D
;
ter bevestiging;
ter bevestiging;
knoppen en druk op
ter bevestiging
;
ter bevestiging;
ter bevestiging;
knop:
.