Bediening (handmatige werking)
Powermanagement in-/uitschakelen
U kunt het Powermanagement deacti-
veren.
Bedenk wel dat dit tot een stijging in
het energieverbruik kan leiden.
Schakel de afzuiging en de verlichting
uit.
Druk circa 10 seconden op de toets
uitloop , totdat stand 1 van de
vermogensweergave gaat branden.
Druk vervolgens na elkaar op
– de toets kookplaatverlichting ,
– de '' toets en weer op
– de toets kookplaatverlichting .
Als het Powermanagement ingescha-
keld is, branden de standen 1 en B con-
tinu.
Als het uitgeschakeld is, knipperen de
standen 1 en B.
Druk op de toets '' om het Power-
management uit te schakelen.
De standen 1 en B knipperen.
Druk op de toets om in te scha-
kelen.
De standen 1 en B branden continu.
Druk op toets uitloop om de pro-
cedure te bevestigen.
Alle controlelampjes gaan uit.
Bevestigt u de procedure niet binnen 4
minuten na het instellen, dan neemt het
toestel automatisch de oude instelling
over.
32
Veiligheidsuitschakeling
Als het Powermanagement uitgescha-
keld is, wordt de ingeschakelde damp-
kap na 12 uur automatisch uitgescha-
keld (afzuiging en kookplaatverlichting).
Als u de dampkap weer wilt inscha-
kelen, druk dan op de Aan/Uit-toets
of op de verlichtingstoets .