3. Instellingen.
10
Instellingen en afstellingen van het product mogen alleen maar worden
uitgevoerd door mensen die een passende instructie hebben gekregen
van een adviseur medische producten. Daarbij dient erop gelet te worden
dat er zich bij alle soorten in- en afstellingen geen ledematen van toepas-
ser of gebruiker in het in- of afstelgebied bevinden, zodat de kans op letsel
wordt geminimaliseerd.
Eet-/werkstoel smilla. kan op de grootte van de gebruiker worden inge-
steld. Indien mogelijk, zouden boven- en onderarmen evenals boven- en
onderbeen minimaal een rechte hoek moeten kunnen vormen. De voeten
moeten volledig op de voetenplaat kunnen staan en de armen moeten
losjes op de leuning kunnen liggen.
3.1 Zit-,
voetplaat-
en
armleun-
inghoogte
De juiste hoogte van de zitplaat kan
aan de grootte van de gebruiker en de
betreffende tafelhoogte/situatie wor-
den aangepast. Als u de zitplaat heeft
ingesteld, dient u de armleuningen zo
te positioneren, dat de onderarmen
van de gebruiker er comfortabel op
kunnen liggen. De voetplaat bevindt
zich op de juiste hoogte, wanneer de
voetzolen hierop en de bovenbenen
op de zitplaat rusten. Voor het instel-
len van de hoogte van de armleun-
ingen, draait u de inbusschroeven (A)
A
los en brengt u de armleuningen in de
gewenste positie. Daarna draait u de
inbusschroeven weer vast.
Voor het afstellen van de zit- en voet-
plaat draait u de inbusschroeven (B + C)
aan beide kanten los. Breng de zit- en
B
voetplaat op de gewenste hoogte en
draai de inbusschroeven weer vast.
C
Het afstellen mag alleen worden uitge-
voerd wanneer de gebruiker zich niet in
de eet-/werkstoel bevindt.
Bij het afstellen van de eet-/werkstoel be-
staat kans op klemmen of beknelling van de ledematen. Draai na iedere instel-
ling alle verstellingen weer vast!