Als de firmware van de zonnelader moet worden bijgewerkt, terwijl de automatische spanningsdetectie actief
blijft, bijvoorbeeld voordat het apparaat naar een eindgebruiker wordt verzonden, doet u het volgende:
• Werk de firmware bij.
• Zodra de firmware-update is voltooid, gaat u naar de instellingenpagina op VictronConnect.
• Klik op de instellingenpagina op de drie verticale stippen in de rechterbovenhoek en selecteer
"Standaardinstellingen herstellen" in het vervolgkeuzemenu.
• Schakel de zonnelader uit.
Wanneer het apparaat de volgende keer wordt ingeschakeld, zal het opnieuw de eerste automatische
spanningsdetectie uitvoeren.
Max. oplaadstroom
Deze instelling stelt de maximale acculaadstroom in. Deze is standaard ingesteld op de maximale laadstroom van de zonnelader.
Gebruik deze instelling om de laadstroom te verlagen, bijvoorbeeld wanneer een kleinere accubank wordt gebruikt die een lagere
laadstroom vereist.
Acculader ingeschakeld
Deze instelling schakelt de acculader in of uit. Het is standaard ingesteld op "ingeschakeld".
Deze instelling kan worden gebruikt als er werkzaamheden aan de installatie moeten worden uitgevoerd. Als deze instelling is
uitgeschakeld, worden de batterijen niet opgeladen.
Voorinstelling van de accu
Deze instelling stelt het acculaadalgoritme in. Het is standaard ingesteld op "draaischakelaar".
Een keuze kan gemaakt worden tussen:
• De positie van de draaischakelaar
• Vooraf gedefinieerde fabrieksvoorinstellingen van de accu
• Gebruiker gedefinieerde accuvoorinstellingen
• Creëer, wijzig of verwijder een door de gebruiker gedefinieerde voorinstelling.
Deze instelling maakt gebruik van vooraf gedefinieerde fabrieksvoorinstellingen voor een grote verscheidenheid aan accutypen.
Deze voorgedefinieerde laadalgoritmen zijn geschikt voor bijna alle installaties.
Het is ook mogelijk om door de gebruiker gedefinieerde accuvoorinstellingen te maken. Het hoofdstuk
aan [16]
legt uit hoe u dit doet. Deze door de gebruiker gedefinieerde voorinstellingen worden opgeslagen in de VictronConnect-
app bibliotheek. Dit is handig als er meerdere zonneladers moeten worden geconfigureerd, waardoor het niet nodig is om het
volledige laadalgoritme te definiëren telkens wanneer een nieuwe zonnelader wordt geconfigureerd.
Expertmodus
Deze instelling schakelt de expertmodus in of uit. Het is standaard ingesteld op "uitgeschakeld".
De standaard laadalgoritmen werken goed voor bijna alle installaties. Schakel alleen expertinstellingen in als
uw apparatuur speciale vereisten heeft.
Als deze instelling is ingeschakeld, kunnen de volgende parameters worden geconfigureerd:
• Ladervoltages: bulk, absorptie en float
• Bulk: re-bulk voltagecompensatie
• Absorptie: duur, tijd en staartstroom
• Egalisatie: stroom, interval, stopmodus en duur
Voor de betekenis van deze parameters zie hoofdstuk
Egalisatie
Egaliseren kan schade aan de accu veroorzaken wanneer de accu niet geschikt is voor egalisatieladen.
Raadpleeg altijd de accufabrikant voordat u egalisatie inschakelt.
Deze instelling kan worden gebruikt om automatische egalisatie in of uit te schakelen. Indien ingeschakeld, kan het aantal dagen
worden geselecteerd waarop de egalisatie moet worden herhaald.
Pagina 15
MPPT zonnelader handleiding
Acculaadalgoritme-instellingen [17]
Pas het acculaadalgoritme
Configuratie en instellingen