Aanwijzingen voor de gebruiker
7.7.5 Automatische bereiding
Met automatische bereiding wordt de functie bedoeld waarmee u op een vooraf bepaalde tijd met de
bereiding kan beginnen, om ze na een vooraf ingestelde periode te doen eindigen.
Nadat een functie werd geselecteerd, zal wanneer de toets
ingedrukt wordt gehouden het display
de cijfers
tonen; hou de toets
ingedrukt en druk gelijktijdig op de toetsen
of
om de
gewenste minuten in te stellen.
Wanneer op de toets
wordt gedrukt, verschijnt op het display de som van het actuele uur en de
eerder ingestelde bereidingsduur. Hou de toets
ingedrukt en druk gelijktijdig op de toetsen
of
om het tijdstip voor het einde van de bereidingstijd in te stellen.
Nadat u de toets
heeft losgelaten, zal de automatische bereiding beginnen en verschijnt op het
display de juiste tijd samen met de symbolen
en A (wat aanduidt dat een geprogrammeerde
bereiding werd ingesteld).
Na de instelling moet op de toets
gedrukt worden om de resterende bereidingstijd weer te geven;
om het uur van het einde van de bereidingstijd weer te geven, moet op de toets
gedrukt worden.
7.7.6 Einde van de halfautomatische / automatische bereiding
Op het einde van de bereiding zal de oven automatisch worden uitgeschakeld en wordt tegelijkertijd een
intermitterend geluidssignaal geproduceerd. Na de uitschakeling van het geluidssignaal zal het display
weer de juiste tijd samen met het symbool
tonen, die de terugkeer naar het manuele gebruik van de
oven aangeeft.
7.7.7 Het annuleren van de ingestelde gegevens
Nadat een halfautomatische of automatische bereiding werd geprogrammeerd, kunnen deze
programmeringen gewist worden door gelijktijdig op de toetsen
en
te drukken. Om het toestel
uit
te
schakelen,
moeten
de
knoppen
vervolgens
in
positie
O
geplaatst
worden.
De
programmeereenheid zal het programma annuleren en de bereiding beëindigen.
7.7.8 Wijziging van de ingestelde gegevens
De ingestelde gegevens voor de geprogrammeerde bereiding kunnen op elk moment gewijzigd worden,
door de functietoets ingedrukt te houden en door gelijktijdig te handelen op de toetsen
of
voor
het wijzigen van de waarde.
7.7.9 Regeling van het volume van het geluidssignaal
Het geluidssignaal heeft drie verschillende toonsoorten. Druk wanneer het geluidssignaal wordt
geproduceerd op de toets
om de instelling te wijzigen.
18