6.4.3 Layout en instellingen maken
Bepaal nu de layout voor het bedrukken van de labeltape. Geef een lettertype en uiterlijk
op en voer tekst in.
Wijzig de waarden onder <F9>.
Maak ten minste drie proeflabels.
De eerste label zal zeker niet goed zijn omdat die nog niet verplaatst is met de nieuwe
terugvoerwaarde.
Als u niet tevreden bent moet u opnieuw experimenteren. Probeer het eerst met
verschillende terugvoerwaarden en verander dan pas de andere instellingen.
Als de laatste rij die werd afgedrukt, heel dicht bij het uiteinde van het label staat, kan de
doorvoer de tape al op de kleurmarkering plaatsen - alleen wordt er dan verkeerd
afgesneden!
Als het label verkeerd werd afgesneden, snij het dan opnieuw af en keer terug naar de
beginstand!
Ga op uw gehoor af (pagina 40, 6.4.1), dat is het betrouwbaarste.
6.4.4 Marge-instellingen
Moet er ingesprongen worden, dan kan dit onder <F9> worden ingesteld. Maar als u ook
de mogelijke invoer wilt beperken, dan moet u in het hoofdinstellingenmenu gewoon net
doen alsof uw tape smaller is.
6.4.5 Snijsnelheid
De snijsnelheid kan alleen worden ingesteld op de oude MINILOGIC met printer
C.ITOH 310!
Als al uw instellingen optimaal zijn en de MINILOGIC nog steeds te vroeg afsnijdt,
misschien tijdens de doorvoer naar de snijlijn, druk dan op <F9> en wijzig de
systeeminstellingen "Geschwindigkeit des Vorschubs zum Messer" (Snelheid van
doorvoer naar mes) in een lagere waarde.
Als er vertraging in het afsnijden optreedt, zelfs al bevindt de tape zich in de juiste
snijpositie, dan kan deze waarde verhoogd worden.
6.4.6 Oude/nieuwe instellingen bij andere labeltape
Maak steeds notities van alle geprobeerde instellingen en bewaar het resultaat (de
proeflabels). Als u dan later ander voorbedrukt materiaal gaat gebruiken, kunnen die
probeersels u op weg helpen.
De instellingen van een bepaalde layout worden in het FLP-programma opgeslagen
onder <F9>. Bewaar ook hier een notitie en proeflabel van.
41