Voor elk implantaat is er een OsseoShaper 1 en OsseoShaper 2, die overeenkomen met de lengte
van het implantaat. De zwarte markeringen op de OsseoShapers (zie afbeelding C) geven
de plaatsingsdiepte aan. Aan de hand van die markeringen kan tijdens een procedure zonder
opklap worden gecontroleerd of de OsseoShaper volledig is geplaatst. Elke lijn is 1 mm dik.
De kleurcodering voor de OsseoShaper 2 is magenta voor implantaten van 3,5 mm en geel
voor implantaten van 4,0 mm.
Volledige diepte
Afbeelding C: Dieptemarkering op OsseoShaper 1 en OsseoShaper 2
Waarschuwing: De OsseoDirector Nobel Biocare N1™, Guided Pilot Drill Nobel Biocare N1™ en
Twist Step Drill gaan tot 1 mm dieper dan het implantaat wanneer dit op zijn plaats zit. Houd bij
het boren bij vitale anatomische structuren rekening met deze extra lengte (zie afbeelding
D voor boorreferentielijnen).
Afbeelding D: Boordieptemarkering (voorbeeld voor een implantaat van 4,0 x 11 mm)
Chirurgisch protocol:
De osteotomie wordt gemaakt met de OsseoDirector of de Guided Pilot Drill en OsseoShapers.
OsseoShapers zijn instrumenten met schroefdraad die op lage snelheid en zonder irrigatie
worden ingedraaid en uitgedraaid. Hiermee kunnen de gebruikelijke boren worden vervangen die
voor het maken van de osteotomie worden gebruikt. Hieronder wordt een grafische voorstelling
van het chirurgische protocol weergegeven. Voor de gedetailleerde chirurgische procedure
raadpleegt u het gedeelte 'Chirurgische stappen'.
Zorg aan de hand van het geïllustreerde protocol voor de juiste plaatsing van het implantaat.
OsseoShaper™
niet geplaatst
Osseo-
Shaper™
geplaatst
OsseoDirector™
OsseoShaper™ 1
Implantaat
<2000 rpm
50 rpm
25 rpm
<40 Ncm
<70 Ncm
TPL 410098 000 04
De OsseoDirector kan in dit protocol indien nodig worden vervangen door de Guided Pilot Drill.
Het chirurgische protocol kan worden toegepast op de meeste botkwaliteiten en anatomische
situaties, inclusief extractiealveolen, wanneer er voldoende bot aanwezig is voor het volledig
plaatsen van het geselecteerde implantaat.
A. De boorunit prepareren: Het is verplicht om een contrahoek met een zeshoekige
klemverbinding (DIN EN ISO 17509) te gebruiken (zie afbeelding E).
1 mm
Waarschuwing: de maximale torsiekracht van de boorunit tijdens preparatie van de
implantaatlocatie moet zijn ingesteld op 40Ncm. Een torsiekracht van meer dan 40
Ncm kan leiden tot beschadiging van de contrahoek en gerelateerd instrumentarium.
B. De osteotomie prepareren:
1. Prepareer de pilot-osteotomie met de OsseoDirector (afbeelding G) of de Guided Pilot Drill.
De OsseoDirector of de Pilot Drill moet op hoge snelheid (maximaal 2000 rpm) worden
gebruikt waarbij er constant en overvloedig wordt geïrrigeerd met een steriele fysiologische
zoutoplossing op kamertemperatuur.
13 mm
11 mm
9 mm
7 mm
Opmerking: Om het implantaat volledig te kunnen plaatsen, moet er tot aan de desbetreffende
0 mm
dieptemarkering worden geboord.
-1 mm
Waarschuwing: De OsseoDirector, Guided Pilot Drill en Twist Step Drill gaan tot 1 mm dieper
dan het implantaat wanneer dit op zijn plaats zit. Houd bij het boren bij vitale anatomische
structuren rekening met deze extra lengte (zie afbeelding D voor boorreferentielijnen).
2. Wanneer aangrenzende natuurlijke elementen de contrahoekkop in de weg zitten waardoor
er niet tot de gewenste diepte kan worden geboord, kan de OsseoShaper Extension worden
gebruikt.
3. Meet de hoogte van de weke delen voor de boordiepte als er een ingreep zonder opklap
wordt verricht.
4. Na gebruik van de OsseoDirector of de Guided Pilot Drill kan de diepte van de osteotomie
met de Depth Probe worden gecontroleerd.
Waarschuwing: Als de verkeerde Depth Probe wordt gebruikt, kan de diepte van de osteotomie
niet goed worden gemeten. De Depth Probe Nobel Biocare N1™ moet worden gebruikt.
5. Gebruik de Direction Indicator om de oriëntatie van de osteotomie te controleren. De
Direction Indicator heeft twee kanten (zie afbeelding H); de ene, taps toelopende kant is
bedoeld voor een osteotomie die wordt gemaakt met de OsseoDirector, en de andere, rechte
kant is bedoeld voor een osteotomie die wordt gemaakt met de Guided Pilot Drill.
Opmerking: Het wordt aangeraden hechtdraad door het gat te steken om te voorkomen dat de
patiënt het instrument inslikt of inademt.
OsseoShaper™ 2
Implantaat
50 rpm
25 rpm
<40 Ncm
<70 Ncm
Afbeelding E: Chirurgisch protocol
HEX
Afbeelding F: Contrahoek met zeshoekige klemverbinding
Afbeelding G: OsseoDirector
Rechte zijde
Taps toelopende zijde
Afbeelding H: Direction Indicator
Waarschuwing: De OsseoDirector, Guided Pilot Drill, OsseoShapers en Twist Step Drills zijn
scherpe instrumenten. Wees voorzichtig om letsel te voorkomen.
C. De OsseoShaper 1 gebruiken: De OsseoShaper 1 wordt in één verpakking geleverd met
het respectieve implantaat (zie afbeelding I).
Afbeelding I: De OsseoShaper 1 en het implantaat in één verpakking
1. Plaats de OsseoShaper 1 met de contrahoek rechtstreeks vanuit de verpakking (afbeelding J).
Druk vervolgens op de witte lipjes (afbeelding K) en trek de OsseoShaper 1 er voorzichtig uit.
Afbeelding J: Plaatsing van de OsseoShaper 1 Nobel Biocare N1™
Afbeelding K: Uittrekken van de OsseoShaper 1 Nobel Biocare N1™
IFU1087 007 00
Pagina 3 van 7
Uitgiftedatum: 29/01/2020