met een veiligheidsventiel van 8 bar. De overstort van het veiligheidsventiel moet aangesloten
worden op de rioolleiding.
In de koudwaterleiding in de ketel is een doseerventiel gemonteerd. Het doseerventiel zorgt
ervoor dat er een hoeveelheid water geleverd wordt die een gegarandeerde temperatuur van
60°C heeft (uitgaande van een koudwatertemperatuur van 10°C). De hoeveelheid water wordt
nagenoeg niet beïnvloed door de waterdruk.
Controleer na installatie het warmwaterdebiet bij volledig geopende warmwaterkraan, Indien
het debiet te laag blijkt kan deze verhoogd worden door het uitnemen van de O-ring in het
doseerventiel:
Doseerventiel
6.7
Zonneboiler (voorverwarmer) NZ
De ATAG E325EC is geschikt voor het aansluiten op een standaard zonneboiler
(voorverwarmer). ATAG levert hiervoor de ATAG EcoNorm
als Naverwarmer Zonneboiler (NZ). Sluit de zonneboiler aan volgens VEWIN werkblad 4.4 C.
-
Een thermostatisch mengventiel moet in de installatie opgenomen worden. Het
thermostatisch mengventiel beschermt de cv-ketel voor te hoge temperaturen. Deze wordt
bij de EcoNorm
II
Bij 'vreemde' standaard zonneboilers moet een thermostatisch mengventiel geïnstalleerd
worden. Levering door derden.
-
Voor aansluiting van een standaard zonneboiler op een ATAG E325EC combiketel wordt
een extra aansluitset (COA2000U) geadviseerd om onnodig inschakelen van de ketel bij
een warme boiler te voorkomen.
-
De zonneboiler en de cv-ketel moeten elk apart voorzien zijn van een inlaatcombinatie.
Levering door derden.
- Sluit de watertoevoer door het dichtdraaien van de
inlaatcombinatie;
- Open een warmwaterkraan om de warmwaterleiding drukloos te
maken;
- Verwijder de mantel van de ketel;
- Draai met dop- of ringsleutel 15 de dop van het doseerventiel;
- Haal de kunststofbus met doseerventiel uit het huis;
- Verwijder het O-ringetje uit het kunststof deel van het
doseerventiel;
- Plaats alles terug in omgekeerde volgorde.
Figuur 6.7.a
en CBSolar
meegeleverd.
II
UITSLUITEND VOOR DE ERKENDE INSTALLATEUR
en CBSolar
. De cv-ketel dient dan
II
II
29