Inhoudsopgave
Advertenties
uit de geschakelde voeding. Het gebruik van standaard beveiligingskabel kabel op de RS-485 bus of het
verkeerd aansluiten van de uitbreidingsmodules en bedieningspanelen kan leiden tot communicatie
problemen tussen de centrale en aangesloten componenten.
Bij een lange RS-485 bus (langer dan ca. 500m) is het niet toegestaan om stervormige verbindingen te
maken tussen de AlphaVision ML en de overige componenten. Zorg ervoor dat alle componenten in één
lijn worden aangesloten. De bus mag nooit langer dan 1200m zijn.
Zorg dat netspanning en secundaire spanningen volledig gescheiden blijven, zowel buiten de kast als
binnen in de kast. Vermijd dus kabelgoten of buizen met zowel netspanningleidingen als bedrading van het
beveiligingssysteem. Dit geldt des te meer wanneer deze bijvoorbeeld motoren of TL-verlichting sturen of
indien het 3-fase leidingen zijn. Indien dit toch niet te vermijden is, gebruik dan in ieder geval
afgeschermde kabel. Aarding (bij metalen behuizing) of afscherming (bij kunststof behuizing) van het
systeem vindt plaats vanaf de centrale. Let er op om geen aardlussen te maken. Vermijd lange bedrading in
de kast van de centrale en voorkom dat deze bedrading op de print van de centrale ligt.
RICHTLIJNEN GRADE 2
De AlphaVision ML mag toegepast worden in gecertificeerde installaties, die conform 'Grade 2' opgeleverd
moeten worden. In dat geval, dienen de in deze handleiding vermelde eisen m.b.t. Grade 2 strikt opgevolgd
te worden.
Let op: sommige componenten mogen niet in een Grade 2 installatie toegepast worden, zoals:
•
004326 Prox Reader
•
004380 Key-7 SA840-A20 LED bedieningspaneel
•
007092 MCT-234 keyfob
•
006335 MCM-140 commander
*)
de Prox Reader mag wel gebruikt worden voor het verlenen van toegang, zolang aan de eis voldaan
wordt dat het plaatsen van de Prox Reader en het gebruik ervan de correcte werking van de
AlphaVision ML niet stoort en niet kan verstoren.
De maximale configuratie van de AlphaVision ML bestaat uit: een AlphaVision ML centrale, 8
bedieningspanelen, 1 Proximity Reader, 11 zone uitbreidingsmodules (I/O modules), een PSTN module, een
GSM/GPRS module en (eventueel) een speech module.
Wanneer de AlphaVision ML in kunststof behuizing toegepast wordt, dient een accupack van minimaal
2700mAh geplaatst te zijn. Wanneer de AlphaVision ML in metalen behuizing toegepast wordt, dient een
accu van minimaal 2700mAh geplaatst te zijn en tevens dezelfde voeding gebruikt te worden als bij de
AlphaVision ML in kunststof behuizing (artikel 200074 AlphaCom XL / AlphaVision ML voeding 1,9A /
16VDC). De auto-reset dient voor Grade 2 compliant installaties ingesteld te staan op RESET NA 3 KEER.
Notificatie eisen: voor een Grade 2 compliant installatie kan conform tabel 10 EN 50131-1 (2006) gekozen
worden uit opties A, B of C.
Optie A:
2 auditieve signaalgevers zonder eigen voeding (bijvoorbeeld luidsprekers op de LS uitgang)
alarmkiezer ATS2
Optie B:
1 zelfstandig gevoede sirene (eventueel met flitser) met eigen noodstroomvoorziening
alarmkiezer ATS2
Optie C:
primaire alarmkiezer ATS2
back-up alarmkiezer ATS1
*)
Advertenties
Inhoudsopgave
