EWWQ090G ÷ EWWQ720L - R410A - Watergekoelde
scollcompressor koelapparaten
EWLQ090G ÷ EWLQ720L - R410A - Zonder condensator
EWHQ100G ÷ EWHQ400G - R410A - Warmtepomp scolcompressor
koelapparaten
EWAQ-G 07555 SS - R410A - Luchtgekoelde koelapparaten
EWAQ-G 08070 XS - R410A - Luchtgekoelde koelapparaten
EWYQ-G 07560 XS - R410A - Luchtgekoelde koelapparaten
M/S Nr van eenheid
M/S Sns Type
5.10.3.2 Systeem inschakelen
Het opstarten en afsluiten van het hele systeem an worden uitgevoerd met de normale
besturingsopdrachten voor inschakelen (Lokaal/Extern-schakelaar, HMI-opdracht inschakelen door
Modbus/BACNet/Lon) voor de Master-eenheid.
Alle andere Slave-eenheden moeten echter nog steeds lokaal ingeschakeld worden. Als een Slave
niet lokaal kan worden ingeschakeld, zal de Slave door de master beschouwd worden als een
eenheid die niet gereed is, en zal de Master geen startopdrachten versturen.
Omdat de Master de lokale inschakeling verliest (want gebruikt als inschakeling van het systeem),
is in het menu 4.2.5.2 de parameter Master inschakelen aanwezig die het uitschakelen van de
Master mogelijk maakt. Het uitschakelen van de Master-eenheid betekent dat deze niet gebruikt
zal worden voor temperatuurregeling maar zal doorgaan met het verwerven van de
gemeenschappelijke wateruittredetemperatuur en met het zenden van de activeringsopdracht naar
de Slave-eenheden.
5.10.3.3 Instelwaarde systeem
De temperatuurregeling in het MS-systeem wordt uitgevoerd op basis van de gemeenschappelijke
verdamper wateruittredetemperatuur met inachtneming van de waarde die ingesteld is in het
Master koelapparaat. Deze instelwaarde is algemeen voor het hele systeem en wordt via de
seriële communicatie door de Master aan alle Slaves verzonden.
Zoals in het afzonderlijke koelapparaat, kan elke functie voor het wijzigen van de doelwaarde (LWT
Reset, Dubbele instelwaarde, wijzigingen door Modbus/BACNet/Lon) ook op de Master toegepast
worden om de algemene temperatuurdoelstelling te wijzigen.
Op de Slave-koelapparaten zal de parameter Actieve instelwaarde [Active Setpt] (zie
paragraaf 4.1) de door de Master ontvangen doelstelling weergegeven, behalve wanneer
de eenheid zich in alarmcommunicatie bevindt of de functie Uitschakelmodus
[Disconnect Mode] 5.10.4.3 actief is.
5.10.3.4 Bedrijfsmodus systeem: Koelen/verwarmen/bevriezen
Alle eenheden die behoren tot het Master Slave netwerk moeten altijd op dezelfde bedrijfsmodus
werken. Omdat in alle eenheden de bedrijfsmodus lokaal is, verzendt het Master-koelapparaat niet
EWWQ - EWLQ - EWHQ
EWAQ - EWYQ
Lucht- of watergekoeld scrollcompressor
koelapparaat en warmtepomp
D-EOMHW00107-15NL
Lucht- en watergekoelde koelapparaten en
2
2,3,4
NTC10K
NTC10K, PT1000
warmtepomp
Voorbeeld:
Als er in een netwerk 3 koelapparaten zijn moeten ze als volgt
toegewezen worden: Master - Slave 1 - Slave 2. Elke andere toewijzing
zal een configuratie-alarm genereren
Geef het aantal koelapparaten aan dat tot het Master Slave-netwerk
behoort Deze parameter moet alleen worden ingesteld in het Master-
koelapparaat: in alle Slave-eenheden kan de standaardwaarde bewaard
blijven.
Definieer het type sensor dat gebruikt wordt om de normale temperatuur
van uittredend water te meten.
Deze parameter moet alleen worden ingesteld in het Master-
koelapparaat: in alle Slave-eenheden kan de standaardwaarde bewaard
blijven.
Gebruiksaanwijzing
Gebruiksaanwijzing
67