3. Druk opnieuw op de knop ALLES STARTEN
om de optie en de lopende band in te
schakelen.
4. Druk op de knop ALLES STARTEN
de optie en de lopende band beide werken. Op het
display wordt het nieuwe opgeslagen commando
bevestigd met het bericht ALL STORE (Alles
opslaan).
Opmerking: Voor ALL STORE (Alles opslaan)
moeten zowel de lopende band als de optie actief
zijn. Als er maar één (of geen van beide) actief is,
wordt het commando ALLES STARTEN opgevat
als een verzoek om ofwel beide te starten, ofwel
degene te starten die nog niet actief was. Er wordt
niets opgeslagen en de voorbeeldcommando's zijn
de eerder opgeslagen waarden voor de lopende
band en de optie.
Opmerking: Het is belangrijk om te beseffen
dat het opgeslagen commando voor de optie
tweemaal gebruikt wordt, eenmaal in het geval
van een afzonderlijk commando met OPTIE
STARTEN
en eenmaal in het geval van een
gecombineerde actie met ALLES STARTEN
In beide gevallen is dit hetzelfde getal.
Alles starten
Nadat 'Alles starten' voor het eerst is ingedrukt (terwijl
de lopende band niet loopt), wordt de opgeslagen
instelling getoond op het bedieningspaneel en
gedurende deze periode wordt het commando UIT
doorlopend verzonden naar de basiseenheid om ervoor
te zorgen dat de band UIT blijft staan. In deze
voorbeeldmodus wordt er een 'S' weergegeven nadat
FLR– FLRS en OPT-OPTS worden weergegeven
om aan te geven dat het bedieningspaneel in de
modus SET ONLY (Alleen instellen) staat. In deze
voorbeeldmodus kan de instelling naar boven of naar
beneden worden aangepast met de knoppen voor het
verhogen of verlagen van de snelheid van de lopende
band of optie, maar de werkelijke instelling bij de
basiseenheid blijft UIT. Dit is handig om een gewenste
instelling voor de snelheid van de lopende band vooraf
in te stellen of een opgeslagen instelling te gebruiken
zonder ongewenste bewegingen te veroorzaken. Nadat
de gewenste instelling is ingesteld, kan de knop ALLES
STARTEN opnieuw worden ingedrukt, waarna de
basiseenheid de gekozen instelling aanneemt. Als
ALLES STARTEN voor de derde keer wordt ingedrukt,
wordt de huidige waarde in het geheugen opgeslagen.
Opmerking: Veranderingen aan de instellingen voor
de lopende band of de optie terwijl de band loopt of
de optie actief is, zijn onmiddellijk effectief, maar zijn
terwijl
slechts tijdelijk tenzij de instelling wordt opgeslagen.
Als er bijvoorbeeld een aanpassing wordt gedaan
terwijl het bericht FLRS op het display staat, wordt de
lopende band aangepast naar de nieuwe instelling. Als
vervolgens het bedieningspaneel wordt uitgeschakeld,
wordt de verandering niet opgeslagen. De volgende
keer dat het bedieningspaneel wordt gebruikt, is de
instelling teruggekeerd naar de eerder opgeslagen
waarde.
Opmerking: Er start een timer van tien seconden als
de knop ALLES STARTEN
het bericht FLFS, SET ONLY mode (Modus 'Alleen
instellen') verschijnt. Als er niet binnen 10 seconden op
een knop wordt gedrukt, keert het display terug naar
FLR en wordt de vorige status/waarde weergegeven
en toegepast. De timer wordt teruggezet op tien
seconden als er een knop wordt ingedrukt terwijl het
bedieningspaneel zich in de modus SET ONLY (Alleen
instellen) bevindt.
Snelheid lopende band veranderen of
.
opslaan
De startsnelheid van de lopende band kan worden
veranderd. Als de snelheid wordt veranderd, wordt
de nieuwe waarde niet in het huidige werkgeheugen
opgeslagen tenzij de knop ALLES STARTEN
LOPENDE BAND STARTEN
ingedrukt terwijl de band loopt. De opgeslagen waarde
wordt daarna elke keer gebruikt als de knop ALLES
STARTEN
wordt ingedrukt. De waarde veranderen
1. Druk op de knop LOPENDE BAND STARTEN
. De voorbeeldwaarde wordt weergegeven.
2. Pas het commando aan met behulp van de
knoppen LOPENDE BAND SNELLER
of LOPENDE BAND LANGZAMER
tot de gewenste snelheid op het display wordt
weergegeven.
31
wordt ingedrukt en
opnieuw wordt
of LOPENDE BAND STARTEN
of