Het apparaat installeren en instellen > Energiebesparende functie instellen
Energiebesparende functie instellen
Om de energiebesparende functie te gebruiken, configureert u de volgende instellingen:
•
Slaapstand en timer slaapstand (pagina 2-22)
•
Uitschakeltimer (pagina 2-23)
Slaapstand en timer slaapstand
Slaapstand
Om de slaapstand te activeren, drukt u op de [Spaarstand] toets. Alle lampjes op het bedieningspaneel gaan uit om
energie te besparen, behalve de [Spaarstand] toetsen. Deze stand heet de slaapstand.
Als er tijdens de slaapstand afdrukgegevens worden ontvangen, dan wordt de afdruktaak uitgevoerd terwijl het
berichtenscherm onverlicht blijft.
Druk op een willeleurige toets op het bedieningspaneel om het apparaat te gebruiken.
Het apparaat is binnen 11 seconden gebruiksklaar.
Wij wijzen u erop dat door omgevingsfactoren, zoals ventilatie, het apparaat langzamer kan reageren.
Timer slaapstand
De timer slaapstand schakelt het apparaat automatisch in de slaapstand als het gedurende een vooraf ingestelde tijd
niet gebruikt is.
De standaard ingestelde tijdsduur is 1 minuut.
Om de ingestelde tijdsduur van de slaapstand te wijzigen, raadpleegt u
Volg de onderstaande stappen om de timer slaapstand in te stellen om de slaapstand in te schakelen wanneer het
apparaat niet in gebruik is.
1
Roep het scherm op.
1
Druk op de toets [Status/Systeemmenu/Tellers].
2
Druk op de toets [▲] of [▼] om [Algemene instell] te selecteren, en druk op de toets [OK].
Status/Syst.menu
Algemene instell
Timer slaapstand op pagina
1
2-22
7-12.
2