Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
Gescande afbeeldingen zijn niet recht
Controleer of de geleiders van de documentinvoer in het midden van de scanner zijn geplaatst en zijn
●
ingesteld op de juiste breedte voor het origineel dat wordt gescand. Controleer of de papiergeleiders de
randen van het papier raken.
Windows: met de functie Automatisch rechttrekken kunt u inhoud rechttrekken die verbogen is ten
●
opzichte van de pagina-afmetingen in het brondocument. Met de functie Grootte automatisch bepalen
corrigeert u afbeeldingen die mogelijk scheef zijn komen te staan tijdens het scanproces.
De gescande afbeeldingen vertonen strepen of krassen
Zie het gedeelte Service en onderhoud in de handleiding voor informatie over het schoonmaken van de
scanner.
Zorg ervoor dat de originelen schoon zijn en niet zijn gekreukeld.
●
De glasplaat van de scanner reinigen
●
De gescande afbeelding is wazig
Controleer of de papierbanen vrij zijn en of de papierbreedtegeleiders juist zijn geplaatst. Voer nogmaals
●
een scantaak uit.
Controleer of het document niet wazig is.
●
De scan is volledig zwart of volledig wit
Het origineel is mogelijk niet goed in de documentinvoer geplaatst. Controleer of het origineel met de te
●
scannen zijde naar beneden in de documentinvoer is geplaatst.
Windows: scant u naar een zwart-witafbeelding, zorg dan dat de zwart-witdrempel niet op een van de
●
uiterste waarden is ingesteld. Als u de drempel instelt op een uiterste waarde, resulteert dit in een
afbeelding die helemaal wit of helemaal zwart is.
Mac OS X: als u naar een tekstafbeelding scant, stelt u Beeldcorrectie in op Handmatig en gebruikt u de
●
schuifregelaar Drempel om de drempel te wijzigen.
De onderkant van de gescande afbeelding is afgekapt
Standaard kan het apparaat originelen scannen die maximaal 356 mm lang zijn.
Controleer of de geselecteerde paginagrootte in de scansoftware (of de geselecteerde scansnelkoppeling)
voldoende is voor de lengte van het te scannen document.
50
Hoofdstuk 4 Problemen oplossen
NLWW