7
Druk op X/x om [JA] of [NEE] te
selecteren en druk op
• [JA]: ga verder met
[AUTOKALIBRATIE], zie stap 4 van
"De juiste instellingen automatisch
kalibreren" (pagina 76).
• [NEE]: verlaat [LUIDSPREKEROPST.].
LUIDSPREKEROPST.
Doorgaan met AUTOKALIBRATIE?
Opmerking
• Om van het surround geluid te genieten nadat u de
positie van de luidsprekers hebt veranderd, is het
raadzaam om [LUIDSPREKEROPST.] in te stellen
en vervolgens [AUTOKALIBRATIE] in te stellen.
• Om [AUTOKALIBRATIE] in te stellen moet u de
meegeleverde kalibratiemicrofoon aansluiten.
• Het uitleesvenster op het voorpaneel vermeldt de
gekozen [LUIDSPREKEROPST.]. Het geeft niet aan
naar welke luidsprekers het geluid wordt uitgevoerd.
• Wanneer u de instelling [VERBINDING] wijzigt in
[LUIDSPREKER], keert de instelling
[LUIDSPREKEROPST.] terug naar
[STANDAARD].
76
NL
.
JA
NEE
De juiste instellingen
automatisch kalibreren
(AUTOKALIBRATIE)
D. C. A. C. (Digital Cinema-autokalibratie) kan
het juiste surround geluid automatisch instellen.
Opmerking
• Er wordt een luid testgeluid weergegeven bij het
opstarten van [AUTOKALIBRATIE]. U kunt het
geluid niet stiller zetten. Houd rekening met kinderen
en buren.
1
Druk herhaaldelijk op FUNCTION tot
"DVD" verschijnt in het uitleesvenster
op het voorpaneel.
2
Druk op
DISPLAY met het toestel in
de stopstand.
Het bedieningsmenuscherm verschijnt.
3
Druk op X/x om
[LUIDSPREKEROPST.] te selecteren
en druk op
.
1 ( 4 4 )
3 ( 2 8 )
T
0 : 0 3 : 0 4
LUIDSPREKEROPST.
LUIDSPREKEROPST.
AUTOKALIBRATIE
4
Druk op X/x om [AUTOKALIBRATIE] te
selecteren en druk op
De opties voor [AUTOKALIBRATIE]
verschijnen.
AUTOKALIBRATIE
Sluit de kalibratiemicrofoon aan.
Starten met meting?
JA
NEE
DVD VIDEO
.