Andere gevaren
Wie mag een machine aansluiten
Aanwezig aardleidingsysteem
Spanning en frequentie
Netaansluitkabel/vaste aansluiting:
9750381
Voor klanten die op het aansluitpunt niet het benodigde kortsluitvermogen hebben,
biedt MEIKO een netsmoorspoel als modificatiepakket aan.
Levensgevaar door elektrische schok: Contact met onder spanning staande onder-
delen van de machine leidt tot zware verwondingen of de dood.
De vaatwerkspoelmachine dient conform de plaatselijk geldende normen en voor-
schriften door een elektrodeskundige (geautoriseerd door MEIKO) te worden aange-
sloten.
De elektrische veiligheid van de machine is alleen gegarandeerd wanneer deze
wordt aangesloten op een aardleidingsysteem dat op de voorgeschreven wijze is
geïnstalleerd. Het is zeer belangrijk dat deze fundamentele veiligheidsvoorwaarde
wordt getest en dat de huisinstallatie in geval van twijfel wordt gecontroleerd door
een elektrodeskundige.
De machine mag alleen met de op het typeplaatje aangeduide gegevens in bedrijf
zijn (zie pagina 17).
Aanbevolen aansluiting met beschermende potentiaalvereffening
De machine en de bijbehorende hulpstukken zijn bestemd voor vaste elektrische
aansluiting op het lichtnet en de aanwezige beschermende potentiaalvereffening en
worden dienovereenkomstig getest op de markt gebracht.
Bij aansluiting op draaistroom een 5-polige klemmenstrook voor netaansluiting (L1,
L2, L3, N, PE) gebruiken.
Stroomnet zonder nuldraad (N): bij aansluiting op draaistroom een 4-polige klem-
menstrook voor netaansluiting (L1, L2, L3, PE) gebruiken.
Aderkleuren: stroomvoerende geleider L1 = zwart/1, L2 = bruin/2, L3 = grijs/3, nul-
draad N = blauw/4, aardingssysteem PE = groen-geel
Alternatieve aansluiting zonder beschermende potentiaalvereffening
De exploitant kan naar eigen goeddunken en onder eigen verantwoordelijkheid be-
sluiten de aansluiting op de elektrische energievoorziening ter plaatse in samenwer-
king met een elektrovakbedrijf, uit te voeren:
1.
Vaste aansluiting zonder beschermende potentiaalvereffening
2.
Stekkeraansluiting conform EN 60309 (CEE-contactdoos)
Aanvullende vereiste maatregel voor persoonlijke bescherming
Bij machines met een ingebouwde frequentieomzetter dient er in plaats van een
aardlekschakelaar type A een RCD/FI-beveiligingsschakelaar (type B) max. 30 mA
te worden geïnstalleerd die ook gevoelig is voor niet-pulserende gelijkstromen.
Aanwijzing
In geval van lekstromen > 10 mA wordt er aanbevolen geen RCD/FI te gebruiken.
Vanwege uitschakelingen door onterechte foutmeldingen wordt de beschikbaarheid
van de machine verlaagd.
MEIKO is niet aansprakelijk voor welke schade dan ook die ontstaat uit een niet-
toelaatbare aansluiting van de machine.
Het betreft hier ook kosten in verband met hieruit voortvloeiende noodzakelijke
diensten zoals bijvoorbeeld het verwerken van klachten vanwege:
•
activatie van RCD/FI
•
automatische uitschakeling van de stroomvoorziening bij wegvallen van de gelei-
ding van de randaarde (EN 60204-1, kap. 8.2.8.c)
26 / 66