Informatie op het instrumentenpaneel
3. Weergave van de snelheidslimiet
4. Voorstel om de snelheid op te slaan
5. Actuele ingestelde snelheid
Opslaan van de snelheid
► Schakel de snelheidsbegrenzer/
snelheidsregelaar in.
De informatie over de snelheidsbegrenzer/
snelheidsregelaar wordt weergegeven.
Bij de detectie van een verkeersbord met een
andere snelheid, geeft het systeem de waarde
aan en knippert "MEM" een paar seconden
om aan te geven dat een nieuwe snelheid kan
worden ingesteld.
Bij een verschil van minder dan 9 km/h
tussen de ingestelde snelheid en de door
de snelheidslimietherkennings- en
snelheidsadviessysteem weergegeven
snelheid wordt het symbool "MEM" niet
weergegeven.
Afhankelijk van de wegomstandigheden kunnen
verschillende snelheden worden weergegeven.
► Druk eenmaal op toets 2 om de voorgestelde
snelheid op te slaan.
Er wordt een melding weergegeven om het
verzoek te bevestigen.
► Druk toets 2nogmaals in om te bevestigen
en deze snelheid als nieuwe ingestelde snelheid
op te slaan.
Het scherm keert na enige tijd terug naar de
vorige weergave.
Snelheidsbegrenzer
Lees de algemene adviezen over het gebruik
van de rij- en parkeerhulpsystemen.
Dit systeem voorkomt dat de auto de door
de bestuurder ingestelde snelheid
overschrijdt.
De snelheidsbegrenzer moet handmatig worden
ingeschakeld.
De minimale snelheid die ingesteld kan worden
is 30 km/h.
De ingestelde snelheid blijft na het afzetten van
het contact opgeslagen in het geheugen.
Stuurkolomschakelaars
1. ON (stand LIMIT)/OFF (stand 0)
2. Ingestelde snelheid verlagen
3. Ingestelde snelheid verhogen
Rijden
6
145