Basishandelingen
De positie van het beeld aanpassen (Beeldverschuiving)
U kunt de positie van het geprojecteerde beeld aanpassen zonder de projector te verplaatsen.
Instellingen - Beeldverschuiving
s
a
Druk op de knop [Menu] om menu's
weer te geven in de volgorde:
Instellingen - Beeldverschuiving.
Afstandsbedie-
ning
c
•
Gebruik Zoomen om de grootte van het beeld aan te passen en pas dan de projectiepositie aan door
middel van Beeldverschuiving. U kunt de projectiepositie niet aanpassen wanneer de zoomfactor op
de maximale breedte is ingesteld.
•
Beelden zijn niet onmiddellijk stabiel nadat de projector is ingeschakeld. Wacht minstens 20 minuten
nadat u het projecteren bent gestart om de projectiepositie aan te passen.
•
De instelling voor Beeldverschuiving wordt opgeslagen, zelfs wanneer de projector wordt
uitgeschakeld. Als u de installatiepositie of -hoek van de projector wijzigt, moet u de aanpassingen
opnieuw aanbrengen.
De verticale vervorming in het beeld corrigeren
Als het geprojecteerde beeld verticaal is vervormd, past u de voet vooraan zo aan, dat het beeld en het scherm
in dezelfde hoek zijn.
pag.62
Bedieningspaneel
De voet intrekken
De voet uittrekken
b
Druk op de knoppen omhoog/
omlaag/links/rechts om de positie van
het beeld aan te passen.
c
Druk op de knop [Menu] om het menu
af te sluiten.
27