HP‐ en HPA‐kleppen
januari 2021
WAARSCHUWING
Om lichamelijk letsel of materiële schade door onbeheerste beweging van de kap te voorkomen, dient u de kap los te halen
volgens de instructies in de volgende stap. Verwijder een vastzittende kap niet door eraan te trekken met gereedschap dat
kan rekken of op een andere manier energie kan opslaan. Het plotseling vrijkomen van opgeslagen energie kan een
ongecontroleerde beweging van de kap veroorzaken. Als de kooi aan de kap blijft vastzitten, verwijder de kap dan
voorzichtig en ondersteun de kooi zodat deze niet onverwacht van de kap valt.
Opmerking
De volgende stap biedt extra garantie dat de vloeistofdruk uit het klephuis ontsnapt.
5. De kap is met zeskantmoeren (item 14) aan het klephuis bevestigd. Draai deze moeren of tapbouten ca. 3 mm (1/8 in.) los.
Maak dan de pakkingverbinding tussen klep en kap los door de kap heen en weer te bewegen of door een gereedschap
voorzichtig tussen de kap en het klephuis te wrikken. Wrik met het gereedschap rondom de kap totdat deze loskomt. Als er
geen vloeistof uit de verbinding lekt, ga dan door naar de volgende stap.
6. Draai de zeskantmoeren (item 14) eruit en til de kap voorzichtig van de klepsteel. Als de plug en de steel worden opgetild samen
met de kap, moet u het uiteinde van de steel met een messing of loden hamer voorzichtig weer omlaag slaan. Plaats de kap op
een kartonnen of houten oppervlak om beschadiging van het oppervlak van de kappakking te voorkomen.
7. Verwijder de plug (item 5), de kappakking (item 11), de kooi (item 2), de zittingring (item 4) en de pakking van de zittingring
(item 12).
LET OP
Inspecteer de oppervlakken van de zittingring, kooi, kap en kleppakking. Deze oppervlakken moeten in goede toestand
zijn, waarbij alle vreemde deeltjes moeten zijn verwijderd. Kleine bramen die minder dan ca. 0,076 mm (0.003 in.) hoog
zijn (de dikte van een menselijk haar) kunnen worden genegeerd. Krassen of bramen die over de kerven lopen, zijn in geen
geval toegestaan, omdat zij een goede afdichting van de pakkingen onmogelijk maken.
8. Reinig alle pakkingoppervlakken met een goede staalborstel. Reinig in dezelfde richting als de kerven in het oppervlak, niet er
dwars op.
9. Dek de opening in het klephuis af en voorkom dat vreemde deeltjes het klephuis kunnen binnendringen.
10. Verwijder de pakkingflensmoeren (item 21), pakkingflens (item 19), bovenste ring (item 27) en pakkingvolger (item 28). Druk
met een afgeronde stang of een ander gereedschap dat de wand van de pakkingdoos niet beschadigt de pakkingresten uit de
klepzijde van de kap. Verwijder bij verlengkappen ook de stuwplaat (item 36) en de sluitring (item 37).
11. Reinig de pakkingdoos en de volgende metalen pakkingonderdelen: pakkingvolger, pakkingdoosring (item 26), veer of
lantaarnring (item 24), en, alleen bij enkele constructies met PTFE V‐ringpakkingen, de speciale onderlegring (item 25).
12. Controleer de schroefdraden van de klepsteel op eventuele scherpe randen die in de pakking kunnen snijden. Indien nodig,
kunnen de schroefdraden met een slijpsteen of schuurkatoen glad worden gemaakt.
14
Instructiehandleiding
D101634X0NL