Voordat de CE-
installatie-
worden gebruikt.
1 ) Veiligheidsomheining van het gebied
De machine moet binnen een veiligheidsomheining worden geplaatst. Deze veiligheidsomheining
moet voldoen aan de normen EN-ISO 14120, EN 415-4 en EN-ISO 13857 en de minimaal
vereiste veiligheidsafstanden moeten worden aangehouden. Toegangsdeuren moeten
vergrendeld zijn in overeenstemming met EN 14119.
2) Noodstop- en veiligheidsfuncties - prestatieniveau
Noodstop- en veiligheidsfuncties moeten aan de machine worden toegevoegd en gevalideerd.
Deze functies moeten voldoen aan Performance level PL d of beter en aan EN-ISO 13849-1/2.
Veiligheidsstopfuncties moeten ook voldoen aan EN-ISO 13850.
3) Veiligheidslichtschermen
Boven horizontale transportbanden die de vrije toegang beperken, moeten
veiligheidslichtschermen minimaal 2 stralen hebben. Anderszins moeten veiligheidslichtschermen
3 of meer stralen hebben. Ze moeten van het type 3 of beter zijn. Er moet rekening worden
gehouden met de eisen met betrekking tot plaatsing en vereiste veiligheidsafstanden uit EN-ISO
13855 bij het installeren van de lichtschermen.
4) Elektrische installatie
De elektrische installatie moet worden uitgevoerd in overeenstemming met de voorschriften van
EN-IEC 60204-1 (elektrische veiligheid) en EN-IEC 61000-6-2 en EN-IEC 61000-6-4 (EMC).
5) Toevoegen van onderdelen
Indien er machines en/of andere items aan deze machine worden toegevoegd, moeten zij
voldoen aan de veiligheidseisen van de Machinerichtlijn of andere EU-richtlijnen die op die items
van toepassing zijn. Bij de overgangen tussen deze machine en de toegevoegde machines en/of
andere items dienen de gevaren die daar mogelijk aanwezig zijn, voldoende worden verminderd.
Het geheel moet voldoen aan de veiligheidseisen van de Machinerichtlijn.
6) Gebruikershandleiding
De systeemintegrator moet ervoor zorgen dat de eindgebruiker een gebruikershandleiding
inclusief bedieningsinstructies voor de complete machine in de juiste taal ontvangt.
7) Veiligheidspictogrammen
De systeemintegrator dient veiligheidspictogrammen te leveren bij en aan te brengen op
openingen, deuren en veiligheidslichtschermen in het afgeschermde gebied en op
besturingskasten, zoals beschreven in de gebruikershandleiding
8) Overbelastingstest voor verticale transportband (verticaal overdrachtssysteem)
Als een verticale transportband nog geen statische en dynamische overbelastingstest heeft
ondergaan zoals vereist door de Machinerichtlijn, moet de systeemintegrator deze tests vóór de
eerste inbedrijfstelling laten uitvoeren door een bevoegd persoon. Een testrapport moet door de
integrator worden ondertekend en aan de documentatie worden toegevoegd. Er moet een kopie
naar Qimarox worden gestuurd. Zie de "Handleiding verticale transportbanden van Qimarox
testen".
Pagina 2
CE-installatiehandleiding
Prorunner mk5
instructies volledig zijn opgevolgd, mag de machine niet
EG/VK-conformiteitsverklaring
.
89