Thermische scharen
A
- Veiligheidsinstructies
3.2 - EVENTUELE GEVAREN
3.2.1 - Gevaar op storingen in het bedieningssysteem
Gevaar op verstoorde bewegingen in de nabijheid van hoogspanningsleidingen of
magnetische velden.
3.2.2 - Gevaar op vallen
Neem, aan boord van de machine, de volgende aanwijzingen in acht :
• Draag
werkomstandigheden en voldoet aan de lokale regelgeving. Het dragen van een
goedgekeurde helm wordt sterk aanbevolen.
• De personen in de gondel dienen een veiligheidsgordel of -harnas te dragen ( 1 per persoon).
• Vermijd het botsen tegen vaste of mobiele (overige machine) obstakels.
• Controleer of de verschuifbare tussenreling gesloten is (onderste stand en steunend op de relingen).
• Houd u tijdens het heffen en het rijden stevig aan de reling vast.
• Het zitten, staan of klimmen op de reling van de gondel is verboden.
• Houd beide voeten altijd stevig op de gondelbodem.
• Verwijder alle olie- of vetsporen op de treden, de bodem, de leuningen en de relingen.
• Houd de gondelbodem vrij van vuil en rommel.
• Verlaat de gondel niet als de machine niet ingeklapt is.
Om in en uit de gondel (of op en af het platform) te
klimmem : :
• De machine dient volledig ingeklapt te zijn.
• Gebruik het toegangsluik en kijk hierbij in de richting van de
machine
• Houd 3 contactpunten tussen de trede en de reling
14
24203 3223 0
een
individuele
beschermuitrusting
die
aangepast
E 07 07
is
aan
de
NL