Water- en stoomzijde aansluiten
Gevaar
Het openen van ketelaansluitingen en -openin-
gen onder druk kan ernstig letsel veroorzaken.
Aansluitingen aan water- en stoomzijde evenals
inspectie-openingen alleen openen als de ketel
niet onder druk staat.
A
B
C
B
D
L
FK
Afb. 3
Sok voor appendagehouder (met dubbelnippel R
A
met vier sokken voor manometer, regel- en maximaal pressostaat
Aansluiting voor waterniveaubegrenzer/waterniveauregelaar
B
Aansluiting veiligheidsklep
C
Stoomaansluiting
D
Nippel voor be- en ontluchting
E
Aansluiting voor waterniveaubegrenzing
F
Aansluiting voor spuiklep of spui-installatie
G
Sok voor be- en ontluchting
H
Sok voor extra regelinrichtingen
K
Sok voor reiniging
L
Aftapaansluiting
M
Voedingswateraansluiting
N
8
E
F
G
H
N
bij 0,9 t/h
bij 1,4 en 2,2 t/h
Opmerking
Alle leidingen moeten zonder belasting en spannings-
vrij worden aangesloten.
Installatie grondig spoelen, vooral bij aansluiting van
de ketel op een bestaande installatie.
M
×
)
¾
½
R
¾
R
½
DN 100 PN 16
zie pagina 23
DN 150 PN 16
DN 200 PN 16
R
¾
DN 20 PN 40
DN 20 PN 40
R
¾
R
½
R 2
DN 40 PN 40
DN 40 PN 40