GI: instelling van de stijging van de integrale coëfficiënt PI.
8.6.3
Om bevredigende drukafstellingen te verkrijgen, dienen in het algemeen zowel GP als GI te
worden gewijzigd. Het is namelijk de juiste afstemming tussen deze twee parameters die een
optimale drukregeling mogelijk maakt.
8.6.4
FS : instelling van de maximale rotatiefrequentie van de elektropomp
FS wordt automatisch uitgelijnd met Fn iedere keer dat er een nieuwe Fn wordt ingsteld.
Bij het verhogen van de voedingsfrequentie dient u op te letten dat u de max. fasestroom van
de motor niet overschrijdt, aangezien u anders het risico loopt dat er een blokkering optreedt
door te hoge stroom van de eindtrappen oF.
8.6.5
FL : instelling van de minimumfrequentie
FL wordt automatisch uitgelijnd met Fn iedere keer dat er een nieuwe Fn wordt ingesteld.
8.6.6
Ft: instelling van de drempel voor lage stromingwaarde
8.6.7
CM : Uitwisselingsmethode (vooringestelde waarde 1). (uitgezonderd A.D. M/M 1.1)