Druk op de toets REPROG om de programmeermodus te selecteren.
2.
Het functiedisplay gaat knipperen.
Blader met de cursortoets naar de parameter Soft-air.
3.
De led vóór de functie licht op bij de geselecteerde functie.
Druk op de toets – / STOP en de toets + / VACUUM STOP om de waarde aan te passen.
4.
Druk op de toets REPROG om de nieuwe parameter te activeren.
5.
Het functiedisplay stopt met knipperen.
6.1.6.12
Extern vacuüm (optie)
Met de functie Extern vacuüm kunnen speciale voedingsverpakkingen buiten de machine vacuüm
worden getrokken. Afhankelijk of de machine over tijd- of sensorbesturing beschikt, wordt de
vacuümwaarde ingesteld in seconden of %.
Extern vacuüm is alleen verkrijgbaar op de Marlin-serie.
Het programma Extern vacuüm kunt u programmeren zoals elk ander programma. Controleer
vooraf of de betreffende verpakking wel bestand is tegen een vacuüm en dit kan behouden.
De optie Extern vacuüm selecteert u met de volgende stappen.
Selecteer het programma Extern vacuüm.
1.
a.
Druk op de toets Pompreinigingsprogramma.
Op het scherm wordt 'C' weergegeven.
b.
Druk op de cursortoets.
Op het scherm wordt 'E' weergegeven.
Programmeer het programma Extern vacuüm volgens de stappen in Programma-instellingen
2.
wijzigen op pagina 33.
Sluit de extern-vacuümslang aan op de machine door de adapter over de aanzuigopening (1)
3.
in de vacuümkamer te plaatsen.
Sluit de extern-vacuümslang aan op de verpakking.
4.
a.
Sluit de adapter (3) van de extern-vacuümslang op het ventiel van de verpakking aan.
b.
Schuif het schuifventiel (2) in de richting van de slang (gesloten stand).
Figuur 11: Adapterset Extern vacuüm (10-programmabesturing)
Druk op de toets + / VACUUM STOP om het vacuüm trekken te starten.
5.
De verpakking wordt vacuüm getrokken tot de geprogrammeerde waarde.
Schuif het schuifventiel van de adapter in de richting van de verpakking (geopende stand) en
6.
verwijder de extern-vacuümslang van de verpakking.
38
Bediening