~
Gebruik alleen pannen met een gladde bodem. Een ruwe bodem
kan krassen op de keramische plaat veroorzaken.
~
Zout, suiker of zandkorrels (bijvoorbeeld van groente) kunnen
krassen veroorzaken, als ze onder de pan komen. Zorg dat de kera-
mische plaat en de panbodem schoon zijn, voordat u het kookgerei
op het apparaat plaatst.
~
Laat geen voorwerpen op de keramische plaat vallen. Zelfs een
licht voorwerp (zoals een zoutvaatje) kan scheuren of barsten ver-
oorzaken.
~
Hete voorwerpen op de sensortoetsen en de displays kunnen de
elektronica eronder beschadigen. Zet nooit hete pannen op de sen-
sortoetsen en de displays.
~
Voorwerpen in de buurt van het ingeschakelde apparaat kunnen
door de hoge temperaturen vlam vatten. Gebruik het apparaat nooit
om er een ruimte mee te verwarmen.
~
Het bedieningspaneel en de lijst c.q. de rand (bij kookplaten met
een facetrand) kunnen onder invloed van de volgende factoren heet
worden: lange bedrijfsduur, hoge vermogensstanden, grote pannen
en het aantal kookzones dat in gebruik is.
~
Pannen van aluminium of met een aluminium bodem kunnen
glimmende vlekken veroorzaken. Dergelijke vlekken kunt u met het
reinigingsmiddel voor keramische platen en roestvrij staal verwijde-
ren (zie "Reiniging en onderhoud").
~
Om te voorkomen dat verontreinigingen inbranden, moet u deze
zo snel mogelijk verwijderen. Zorg dat ook de bodem van een te ge-
bruiken pan schoon, vetvrij en droog is.
Veiligheidsinstructies en waarschuwingen
21