Bijlage
11.4 Verwarmingswater
Kwaliteitsvoorschriften voor
verwarmingswater tot 100 °C volgens
VDI-richtlijn 2035
Doorslaggevend voor de kwaliteit van het
verwarmingswater is de VDI-richtlijn 2035, groep 2
„Richtlijnen voor het vermijden van schade door
corrosie en steenvorming in warmwaterverwarmings-
installaties" met de volgende richtwaarden (zie ook de
overeenkomstige verklaringen in de originele tekst
van de VDI-richtlijn 2035).
De verwarmingswaterkwaliteit moet jaarlijks op de
standaardwaarden volgens VDI 2035 Tafel 3
gecontroleerd worden!
Kenmerk
Som van de aardalkaliën
= Totale hardheid
pH-waarde
Zuurstofbinder
Natriumsulfietoverschot NA2SO3
Tafel 3
Kwaliteitskenwaarden van het vul- en bijvulwater (richtwaarden) voor verwarmingsinstallaties
De door de installateur te voorziene slibafscheider
moet halfjaarlijks gereinigd worden. Voor het
onderhoud van de slibafscheider is de klant zelf
verantwoordelijk.
Vermijden van corrosie
Corrosie in verwarmingsinstallaties is in het algemeen
te wijten aan de aanwezigheid van zuurstof in het
verwarmingswater.
Mogelijke oorzaken voor de aanwezigheid van
zuurstof zijn:
●
Slechte kwaliteit van het vulwater en toegevoegd
water
●
Herhaaldelijk vullen
●
Onderdrukbereik(en) in het verwarmingsysteem
●
Te klein gedimensioneerd expansievat
Chemische toevoegingen bij het
verwarmingswater
Normaal komt in reglementair gedimensioneerde,
geïnstalleerde en werkende gesloten
warmwaterverwarmingen geen corrosie voor. Daarom
kunnen chemische toevoegingen in het algemeen
vermeden worden.
Geen chemische toevoegingen bij het
verwarmingswater gebruiken zonder schriftelijk bewijs
van de fabrikant van de chemicaliën dat er geen
bezwaar is voor de uitvoering van de
verwarmingsinstallatie en het gebruikte materiaal.
38
ESS Energie Systeme & Service GmbH
Kenwaarde voor verwarmingswater tot 100 °C
3
mol/m
1 (max. 2)
°dGH
5 (max 11)
8...9,5
mg/kg
5 tot 20
Montagehandleiding VITOBLOC 200 EM-20/39