Beschrijving Van De Servicefuncties; 1E Serviceniveau - Bosch 28 HRS Installatie- En Onderhoudshandleiding
Verberg thumbnails
Zie ook voor 28 HRS:
- Gebruiksaanwijzing (48 pagina's) ,
- Servicehandleiding (80 pagina's) ,
- Handleiding (64 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
62 | Instellingen Heatronic
10.3 Beschrijving van de servicefuncties
10.3.1 1e serviceniveau
Verwarmingsvermogen (servicefunctie 1.A)
Bepaalde gasleveranciers vragen om een vermogensaf-
hankelijke basisprijs.
Het verwarmingsvermogen kan in procenten tussen het
minimale nominale warmtevermogen en het maximale
nominale warmtevermogen op het gewenste vermogen
worden ingesteld.
Ook bij een begrensd verwarmingsvermo-
gen staat bij de tapwatervoorziening het
maximale nominale verwarmingsvermogen
ter beschikking.
Basisinstelling is het maximale nominale warmtevermo-
gen tapwater: U0.
B Servicefunctie 1.A kiezen.
B Verwarmingsvermogen in kW en bijbehorende kenge-
tal uit de insteltabellen aflezen (
B Kengetal instellen.
B Gasdebieten meten en met de specificaties met het
gegeven kengetal vergelijken. Bij afwijkingen kengetal
corrigeren.
B Kengetal opslaan.
B Ingestelde verwarmingsvermogen op de aanwezige
sticker "Instellingen van de Heatronic" invullen
(
pagina 55).
B Servicefuncties verlaten.
Het display toont weer de aanvoertemperatuur.
6 720 648 865 (2011/05)
Tapwatervermogen (servicefunctie 1.b)
Het tapwatervermogen kan tussen minimale nominale
warmtevermogen en maximale nominale warmtevermo-
gen op de overdrachtscapaciteit van de boiler worden in-
gesteld.
Basisinstelling is het maximale nominale warmtevermo-
gen tapwater: U0.
B Servicefunctie 1.b kiezen.
B Tapwatervermogen in kW en bijbehorende kengetal
B Kengetal instellen.
B Gasdebieten meten en met de specificaties met het
B Kengetal opslaan.
B Ingestelde tapwatervermogen op de aanwezige
B Servicefuncties verlaten.
pagina 74).
Pompidentificatieveld (servicefunctie 1.C)
Het pompidentificatieveld geeft aan, hoe de CV-pomp
wordt geregeld. De CV-pomp schakelt daarbij zodanig,
dat het gekozen pompidentificatieveld wordt aangehou-
den.
Een verandering van het identificatieveld is zinvol, wan-
neer een lagere resterende opvoerhoogte voldoende is,
om de benodigde circulatiewaterhoeveelheid te waar-
borgen.
Als pompidentificatieveld kan gekozen worden:
• 00: pompkarakteristiek instelbaar, servicefunctie 1.d
• 01: constante druk hoog
• 02: contstante druk gemiddeld
• 03: constante druk laag
• 04: proportionele druk hoog
• 05: proportionele druk laag
Basisinstelling is 04.
uit de insteltabellen aflezen (
gegeven kengetal vergelijken. Bij afwijkingen kengetal
corrigeren.
sticker "Instellingen van de Heatronic" invullen
(
pagina 55).
Het display toont weer de aanvoertemperatuur.
Om zo veel mogelijk energie te besparen en
evt. stromingsgeluiden laag te houden een
lagere karakteristiek kiezen.
(
pagina 62)
NL
pagina 75- 78).
Copyright (optional information)
Advertenties
Inhoudsopgave
