Inhoudsopgave
Advertenties
5. Installatie elektrische bedrading
[1] Bedrading hoofdvoeding en schakelcapaciteit
Schematische tekening van bedrading (voorbeeld)
A: Schakelaar (met
stroomonderbrekingscapaciteit)
B: Lekstroomonderbreker
C: Buitenunit
Draadgrootte hoofdvoeding, schakelcapaciteiten en systeemimpedantie
Minimum draaddikte (mm
Model
Hoofdkabel Vertakking
QAHV-N560YA-HPB
10
1. Gebruik een specifieke voedingseenheid voor elke unit. Zorg ervoor dat elke unit individueel is bekabeld.
2. Bij het installeren van bedrading moet u denken aan omgevingscondities (bijv. temperatuur, zonlicht,
regen).
3. De kabeldikte is de minimumwaarde voor metalen geleiders. Als spanningsval een probleem is, gebruikt u
een draad van één maat dikker.
Zorg ervoor dat de voedingsspanning nooit met meer dan 10% afneemt.
4. Alle gebruikte kabels moeten in overeenstemming zijn met de plaatselijke regelgeving.
5. Apparaatsnoeren voor buitengebruik mogen niet lichter zijn dan ontwerp 60245 IEC57 (snoeren met een
flexibele mantel van polychloropreen).
6. Een schakelaar met een contactscheiding van ten minste 3 mm in elke pool moet worden voorzien door
de installateur van de airconditioner.
7. Installeer geen condensator met faseverloop op de motor. Hierdoor kan de condensator worden
beschadigd met brand als gevolg.
Waarschuwing:
• Zorg ervoor dat u gespecificeerde draden gebruikt en zorg ervoor dat geen externe kracht wordt
overgebracht op terminalaansluitingen. Losse aansluitingen kunnen leiden tot oververhitting en brand.
• Let erop dat u de juiste schakelaar voor overstroombeveiliging gebruikt. Denk eraan dat in overstroom
gelijkstroom kan zijn begrepen.
Voorzichtig:
• Sommige installatielocaties kunnen de installatie van een aardlekschakelaar vereisen voor de omvormer.
Als geen aardlekschakelaar is geïnstalleerd, bestaat er een gevaar op elektrische schok.
• Gebruik alleen juist gespecificeerde onderbrekers en zekeringen. Het gebruik van een zekering of draad
van de verkeerde capaciteit kan leiden tot storing of brand.
Opmerking:
• Dit apparaat is bedoeld voor aansluiting op een stroomvoorzieningssysteem met een maximale
toegestane systeemimpedantie als in de tabel hierboven op het aansluitpunt (schakelkast) van de
stroomvoorziening van de gebruiker.
• Zorg ervoor dat dit apparaat alleen wordt aangesloten op een stroomvoorzieningssysteem dat voldoet
aan vereisten hierboven.
Raadpleeg indien nodig de stroomleverancier voor de systeemimpedantie aan het leverpunt.
• Deze apparatuur voldoet aan de norm IEC 61000-3-12 mits de kortsluitingsstroom S
gelijk is aan S
(*2) op het leverpunt tussen het gebruikersnet en het openbare net. Het valt onder de
SC
verantwoordelijkheid van de installateur of de gebruiker van de apparatuur om zich ervan te verzekeren
(indien nodig door navraag bij de openbare stroomleverancier) dat de apparatuur uitsluitend wordt
aangesloten op een stroomnet met een kortsluitingsstroom S
S
(*2)
SC
S
(MVA)
SC
2,62 Ω
3N~380–415V
L
, L
, L
, N
1
2
3
2
)
Lekstroomonderbreker
Aarde
-
10
63 A 100 mA 0,1 sec. of minder
B
A
C
PE
Lokale schakelaar (A)
Capaciteit
Zekering
63
groter dan of gelijk aan S
SC
51
Onderbreker zonder
Max. permissieve
zekering (A)
systeemimpedantie
63
63
groter is dan of
SC
(*2).
SC
0,21 Ω
Advertenties
Inhoudsopgave
Gerelateerde Handleidingen voor Mitsubishi Electric QAHV-N560YA-HPB
Gerelateerde Producten voor Mitsubishi Electric QAHV-N560YA-HPB
- Mitsubishi Electric ecoban geodan EHGT17D-YM9ED
- Mitsubishi Electric ecodan EHPT20 Series
- Mitsubishi Electric ecodan EHPX Series
- Mitsubishi Electric Ecodan EHPX-YM6ED
- Mitsubishi Electric ecodan EHSC Series
- Mitsubishi Electric Ecodan EHSD-MED
- Mitsubishi Electric Ecodan EHSE Series
- Mitsubishi Electric ecodan EHST20 Series