LP21/LP22
8
Beschrijving van de functies
In de volgende hoofdstukken worden de weergave- en bedieningselementen beschreven.
OPMERKING
In dit document verstrekte informatie
Dit document heeft betrekking op de door de fabrikant vastgestelde standaardinstellingen en
standaardwaarden! De fabrieksinstellingen van bij klanten geïnstalleerde varianten kunnen afwijken van
deze door de fabrikant vastgestelde standaardspecificaties. Let op de gegevens die op het apparaat en in
de meegeleverde documenten staan vermeld!
8.1
Led-Statusweergaven
De leds (lichtdioden) aan de voorkant geven de toestanden van de lussen en van de detector aan.
Voor elk luskanaal zijn er twee leds beschikbaar:
•
de rode led geeft informatie over de belastingstoestand van de betreffende lus
•
de blauwe led geeft informatie over de gebruiksgereedheid van de detector
Led rood
Led blauw
1 Hz
5 Hz
Tab.6: Signaalkleuren van de leds
Legenda led-symbolen
brandt
knippert
Knippercode van de leds na een frequentiesynchronisatie
Afb.8: Led-weergave van de lusfrequentie
LP21/LP22 installatie-instructies nl
Beschrijving van de toestand
geen spanningsvoorziening, detector niet actief
Detector gereed, lus aangesloten, geen object gedetecteerd
Detector gereed, lus aangesloten, object gedetecteerd
geen lus aangesloten, lusbreuk, lus kortgesloten
Gebruiksgereed na eerdere, verholpen lusfout
Frequentiesynchronisatie loopt
na de frequentiesynchronisatie geven beide leds de ingestelde lusfrequentie
simultaan weer met een knippercode (zie ter illustratie de afbeelding
Knippercode)
uit
frequentie
Pag. 18 a 37
Sensors