LaCie SAFE Mobile Hard Drive met codering
Gebruikershandleiding
Digitaal - Afzonderlijk identificeerbare informatie die kan worden onderverdeeld in nullen en enen.
Firmware - Permanente of semi-permanente instructies en gegevens die rechtstreeks in de circuits van een programmeerbaar alleen-lezen
geheugen zijn geprogrammeerd of een elektronisch wisbare, programmeerbare alleen-lezen geheugenchip. Gebruikt voor het besturen
van de werking van computer of tapedrive. Wijkt af van de software, die wordt opgeslagen in het RAM en kan worden gewijzigd.
Formatteren - Dit is een proces waarbij een apparaat wordt gereedgemaakt voor het opslaan van gegevens. Tijdens dit proces schrijft
de harddisk speciale informatie weg naar het eigen opnameoppervlak en verdeelt dit onder in gebieden (blokken) die bedoeld zijn voor
de opslag van gebruikersgegevens. Aangezien bij deze bewerking alle gebruikersgegevens die op dat moment op de harddisk liggen
opgeslagen verloren gaan, is het een bewerking die niet vaak wordt uitgevoerd en gewoonlijk alleen plaatsvindt in de fabriek waar de
harddisk is geproduceerd. Het komt niet vaak voor dat er iets gebeurt met een harddisk waardoor de eindgebruiker deze bewerking moet
uitvoeren.
GB (gigabyte) - Deze eenheid wordt gewoonlijk gebruikt voor het aanduiden van de opslagcapaciteit van gegevens. In principe staat
1 gigabyte voor duizend miljoen oftewel één miljard bytes. Strikt genomen, komt 1 gigabyte overeen met 1.073.741.824 bytes (oftewel
1.024 x 1.024 x 1.024).
Gegevensstroom - De stroom van gegevens die gepaard gaat aan de uitvoering van een taak. Hierbij gaat het gewoonlijk om het
verplaatsen van gegevens vanuit een opslaglocatie naar het RAM van de computer of vanaf het ene opslagapparaat naar een ander.
Gigabit - Maateenheid die veel wordt gebruikt ter beschrijving van de hoeveelheid gegevens die in één seconde van het ene punt naar het
andere punt beweegt. Bijvoorbeeld als onderdeel van de uitdrukking Gigabit-ethernet - 1 gigabit per seconde (1 G/s) is gelijk aan
1 miljard bits per seconde en is gelijkwaardig aan 1000 MB/s.
Hardware - Fysieke onderdelen van een computersysteem, inclusief de computer zelf en de randapparaten, zoals printers, modems,
muizen, enzovoort.
Hulpprogramma - Software die is ontworpen voor het uitvoeren van onderhoudstaken op het systeem of op de onderdelen daarvan.
Voorbeelden zijn back-upprogramma's, programma's voor het ophalen van bestanden en gegevens op een disk, programma's voor het
voorbereiden (of formatteren) van een disk of resource-editors.
I/O (Input/Output) - Heeft betrekking op een bewerking, programma of apparaat dat bedoeld is voor het invoeren van gegevens in of het
extraheren van gegevens uit een computer.Initialiseren, initialisatie - Nadat een harddrive (of ander opslagapparaat) is geformatteerd en
gepartitioneerd, moet bepaalde speciale gegevens naar het apparaat worden weggeschreven zodat Mac en Windows hierop bestanden
kunnen maken en gegevens kunnen opslaan. Dit proces wordt initialisatie genoemd. Bij dit proces gaan, net als bij formattering, alle
gebruikersgegevens op het opslagapparaat verloren.
Interface - De verzenders van protocolgegevens, gegevensontvangers, logica en bedrading waarmee het ene stuk computerapparatuur
aan een ander wordt gekoppeld, zoals een harddrive aan een adapter of een adapter aan een systeembus. Een protocol is een reeks van
regels voor het besturen van de fysieke interface, zoals: niet lezen of schrijven voordat de drive gereed is.
Internet - Een verzameling netwerken waarvan de gebruikers met elkaar communiceren. Bij elke communicatie wordt het adres
meegestuurd van het bron- en doelnetwerk en van de machine binnen het netwerk waarin de desbetreffende gebruiker of hostcomputer
zich bevindt.
Verklarende woordenlijst
bladzijde 54