TABEL 3.4. HOOGTE-INSTELLINGEN EN HUN BEREIK
Hoogte-
instelling
A0
A1
A2
De gekozen hoogte-instelling is te herkennen aan bergsymbooltjes (A0, A1 = één
bergje, A2 = twee bergjes). In hoofdstuk 4.2.4, „Persoonlijke- en hoogte-instellingen"
wordt in detail uitgelegd hoe u deze instellingen kunt wijzigen.
Wanneer u naar grote hoogten reist zal het evenwicht tussen de partiële stikstof-druk
in het lichaam en de partiële stikstofdruk in de omgeving tijdelijk ver-stoord worden.
Aanbevolen wordt dan ook om na aankomst minimaal 3 uur te wachten alvorens u
gaat duiken.
3.7.2. Persoonlijke Instellingen
De vatbaarheid voor (en kans op) decompressieziekte variëert van dag tot dag en
tussen duikers onderling. Er zijn een aantal factoren bekend die het risico vergroten.
Als u in een risicogroep valt kunt u van drie persoonlijke instellingen gebruik maken
om de berekeningen van de ZOOP conservatiever te maken.
Factoren die de kans op decompressieziekte vergroten zijn onder andere:
64
Symbool ophet
display
Hoogte-bereik
0 - 300 m [0 - 1000 ft]
300 - 1500 m [1000 - 5000 ft]
1500 - 3000 m [5000 - 10000 ft]