12.2 Apparaat schoonmaken
Reinig om beschadiging van het apparaat te voorko-
men het apparaat uitsluitend zoals aangegeven en met
geschikte reinigingsmiddelen.
WAARSCHUWING ‒ Gevaar voor verbranding!
Het apparaat wordt zeer heet.
Nooit de hete vlakken in de binnenruimte of verwar-
▶
mingselementen aanraken.
Het apparaat altijd laten afkoelen.
▶
Zorg ervoor dat er geen kinderen in de buurt zijn.
▶
WAARSCHUWING ‒ Risico van brand!
Losse voedselresten, vet en vleessap kunnen in brand
vliegen.
Voor gebruik dient u de binnenruimte, de verwar-
▶
mingselementen en de accessoires vrij te maken
van grove verontreiniging.
Voorwaarde: De instructies voor het gebruik van de
reinigingsmiddelen aanhouden.
→ "Reinigingsmiddelen", Pagina 13
Het apparaat met warm zeepsop en een schoon-
1.
maakdoekje reinigen.
13
Reinigingsfunctie
Gebruik de reinigingsfunctie om het apparaat te reini-
gen.
13.1 Reinigingshulp EasyClean
Gebruik de reinigingshulp EasyClean om de binnen-
ruimte tussendoor schoon te maken. De reinigingshulp
EasyClean weekt verontreinigingen door het verdam-
pen van zeepsop in. Verontreinigingen kunnen vervol-
gens gemakkelijker worden verwijderd.
Reinigingshulp EasyClean instellen
WAARSCHUWING ‒ Risico van verbranding!
Door water in de hete binnenruimte kan hete water-
damp ontstaan.
Nooit water in de hete binnenruimte gieten.
▶
Aanwijzingen
¡ U kunt het einde niet wijzigen.
¡ De tijdsduur is vooringesteld en kan niet gewijzigd
worden.
Voorwaarden
¡ Start de reinigingshulp alleen, wanneer de berei-
dingsruimte volledig is afgekoeld.
¡ Om bijzonder hardnekkige verontreinigingen te ver-
wijderen, laat u het zeepsop enige tijd inwerken,
voordat u de reinigingshulp start.
¡ Wrijf om bijzonder hardnekkige verontreinigingen te
verwijderen de verontreinigde plekken op de gladde
vlakken in met afwasmiddel, voordat u de reinigings-
hulp start.
Verwijder de accessoires uit de binnenruimte.
1.
Voor sommige oppervlakken kunt u alternatieve
‒
reinigingsmiddelen gebruiken.
→ "Geschikte schoonmaakmiddelen", Pagina 13
Drogen met een zachte doek.
2.
12.3 Controleer na de reiniging de
afdichting van de binnenruimte
Wanneer de binnenruimte-afdichting zich links of
▶
rechts op de afstandshouder
ting van de binnenruimte zover naar binnen schui-
ven totdat deze naast de afstandshouder
plaatst.
2.
LET OP!
Gebruik van gedestilleerd water in de binnenruimte
leidt tot corrosie.
Geen gedestilleerd water gebruiken.
▶
0,4 l water met een druppel afwasmiddel mengen
en in het midden op de bodem van de binnenruimte
gieten.
De reinigingshulp
3.
temperatuurkeuzeknop instellen.
a Op het display verschijnt de tijdsduur.
a Na enkele seconden start de reinigingshulp. De
tijdsduur loopt af op het display.
a Zodra de reinigingshulp is afgerond, klinkt een sig-
naal.
Aanwijzing Wanneer na het inschakelen
play knippert, is de binnenruimte niet volledig afge-
koeld. Schakel het apparaat uit. Wacht tot
display verschijnt en schakel de reinigingshulp opnieuw
in.
Binnenruimte nareinigen
LET OP!
Wanneer er langere tijd vocht aanwezig is in de binnen-
ruimte ontstaat er corrosie.
Na de reinigingshulp de binnenruimte afnemen en
▶
volledig laten drogen.
Apparaatdeur openen en resterende water met een
1.
absorberende vaatdoek opnemen.
Gladde oppervlakken in de binnenruimte reinigen
2.
met een schoonmaakdoekje of zachte borstel. Hard-
nekkige resten kunt u verwijderen met een schuur-
sponsje van roestvaststaal.
Reinigingsfunctie nl
bevindt, de afdich-
met de functiekeuzeknop en de
op het dis-
op het
is ge-
15