4 Druk op de effectparameter 1-toets om het effect in te
schakelen.
Het effect wordt in en uitgeschakeld telkens wanneer er op deze toets wordt gedrukt.
! De [ON]-toets van het effect wordt gemarkeerd op het Serato DJ-scherm.
5 Gebruik de effectparameter 2-toets of de effectparameter
3-toets om de parameter van het effect om te schakelen.
! Afhankelijk van het type effect is het mogelijk dat de toets niet oplicht wanneer
deze bediend wordt.
6 Gebruik de effectparameterinstelling(en) om de
parameter(s) van het effect in te stellen.
7 Draai aan de [FX BEATS]-instelling om de effecttijd in te
stellen.
! Het is ook mogelijk om de BPM-waarde die gebruikt moet worden als basis voor
de effecttijd in te stellen aan de hand van het tempo waarmee er op de [TAP]-
toets wordt getikt.
= Omschakelen van de tempostand van het effect (blz. 23 )
Omschakelen van de tempostand van het effect
Bij Serato DJ-effecten zijn er twee manieren om het tempo van het effect in te stel-
len: de "automatische tempostand" en de "handmatige tempostand".
! Volgens de standaardinstelling is de automatische tempostand ingesteld.
Automatische tempostand
De BPM-waarde van het muziekstuk wordt gebruikt als de basis voor het tempo van
het effect.
Handmatige tempostand
De BPM-waarde die wordt gebruikt als basis voor het effect wordt berekend aan de
hand van de snelheid waarmee er op de [TAP]-toets wordt getikt.
Overschakelen naar de handmatige tempostand
Druk in de automatische tempostand drie keer op de [TAP]-toets.
! Wanneer de [TAP]-toets langer dan 1 seconde ingedrukt wordt gehouden in de
handmatige tempostand, zal er worden overgeschakeld naar de automatische
tempostand.
Opnamefuncties gebruiken
Serato DJ heeft opnamefuncties en kan gemixt geluid opnemen.
Zie de softwarehandleiding van Serato DJ voor gedetailleerde instructies over
opnemen.
1 Open het [REC]-paneel.
Druk op de [PANEL SELECT]-toets om het [REC]-paneel te openen.
2 Klik op [REC] om de opname te starten.
! Als je opnieuw op [REC] klikt, wordt de opname gestopt.
3 Sla de opname op.
Voer de bestandsnaam in het tekstveld in en klik op de [SAVE]-toets.
! Je kunt de bestandsindeling en de bitdiepte selecteren op het [RECORDING]-
scherm. Je kunt dat weergeven door het [DJ Preferences]-tabblad te selecte-
ren in het [SETUP]-menu van Serato DJ.
! Opgenomen bestanden worden opgenomen in Crates "Recording".
De DVS-functie gebruiken
Als je de afzonderlijk verkrijgbare Serato DVS uitbreidingspacks aanschaft, kun je
het "Serato DJ" deck bedienen met een DJ-speler of analoge draaitafel.
Bezoek voor details over DVS-bediening [Software Info] onder [DDJ-SX2] op de
ondersteuningssite van Pioneer DJ hieronder.
http://pioneerdj.com/support/
Externe ingangsaansluitingen gebruiken
Er zijn vier externe ingangssystemen voorzien om een DJ-speler of analoge draai-
tafel aan te sluiten. De 4-kanaals mixer van dit toestel kan extern ingevoerd geluid
mixen zonder computer. De volgende mixerfuncties kunnen worden gebruikt zonder
verbinding met een computer.
Opmerkingen
! Zie voor nadere bijzonderheden over de betreffende items Aansluitingen (pag.
7 ) en Overzicht van de bedieningstoetsen (pag. 9 ).
! De functies die hieronder worden genoemd werken niet voor de externe
ingangen.
— Instelling muziekstuktempo (drukken op de [CUE]-toets van de hoofdtelefoon
terwijl je de [SHIFT]-toets ingedrukt houdt)
— Startfunctie van de fader (de kanaalfader of crossfader schuiven terwijl je de
[SHIFT]-toets ingedrukt houdt)
— Effecten van de Serato DJ-software toepassen
! De waarden die worden aangepast met de diverse bedieningsfuncties voor de
Serato DJ-software verschillen van de waarden die worden aangepast voor de
externe ingang.
23
Nl