3 Druk op de [PARAMETERc]- of de [PARAMETERd]-toets.
Stel de kwantisering in voor de Slicer-functie. De waarde die is ingesteld voor de
kwantisering wisselt steeds wanneer je op één van de toetsen drukt.
De kwantisering kan op vier manieren worden ingesteld: 1/8, 1/4, 1/2 en 1.
Je kunt de lengte van de lus die wordt afgespeeld terwijl je op de pad drukt, wijzigen
met de instelling "QUANTIZATION". Bijvoorbeeld, wanneer je "QUANTIZATION" hebt
ingesteld op "1" wordt het gehele gedeelte dat aan de pad is toegewezen in een lus
afgespeeld en wanneer je "QUANTIZATION" hebt ingesteld op "1/2" wordt alleen de
eerste helft van het gedeelte dat aan de pad is toegewezen in een lus afgespeeld.
4 Houd één van de performance-pads ingedrukt.
Wanneer je op de pad drukt en de pad ingedrukt houdt, wordt het geluid afgespeeld
in een lus.
! De lengte van het afspelen van de lus is afhankelijk van de instelling van de
kwantisering.
Wanneer je de pad loslaat, keert het muziekstuk terug naar de positie die op de
achtergrond wordt afgespeeld.
Informatie over de slicer-stand en de lusstand van de
slicer
Slicer-stand
Wanneer de afspeelpositie het einde nadert van het bereik dat in acht gelijke delen
is gedeeld, schakelt het bereik dat op de display wordt getoond over naar de vol-
gende acht delen, die delen worden toegewezen aan de verschillende pads en de
eerder toegewezen delen worden vervangen.
1
2
3 4 5 6 7 8
Lusstand van de slicer
Wanneer de afspeelpositie het einde nadert van het bereik dat in acht gelijke delen
is gedeeld, keert de afspeelpositie terug naar het begin van het bereik dat in acht
gelijke delen is gedeeld.
1 2 3 4 5 6 7 8
Gebruik van de samplerfunctie
Je kunt muziekstukken die in de sampleposities van de sampler (SP-6) zijn geladen,
afspelen met behulp van de performance-pads.
1 Druk op de [PANEL SELECT]-toets om het [SP-6]-paneel te
openen op het computerscherm.
2 Druk op de [SAMPLER]-standtoets.
Er wordt overgeschakeld naar de sampler-stand.
3 Druk op de [PARAMETERc]- of de [PARAMETERd]-toets.
Schakel over op een andere sampler (SP-6)-bank. De sampler heeft vier banken, A,
B, C en D en iedere bank heeft zes posities.
4 Gebruik de muis op het computerscherm en versleep
muziekstukken om deze in de posities van het [SP-6]-paneel te
laden.
De samplerinstellingen en de geladen muziekstukken worden opgeslagen.
5 Druk op een performance-pad.
Het geluid voor de positie die is toegewezen aan de ingedrukte pad wordt
afgespeeld.
! De weergavemethode verschilt afhankelijk van de sampler-stand van Serato DJ.
Zie voor details de softwarehandleiding van Serato DJ.
Slot 1
Slot 2
Slot 5
Slot 6
! Wanneer je een performance-pad indrukt terwijl je de [SHIFT]-toets ingedrukt
houdt, stopt het geluid van de positie die op dat moment wordt afgespeeld.
1 2 3 4 5 6 7 8
1
2
Slot 3
Slot 4
De cue-lus gebruiken
1 Druk op de [HOT CUE]-standtoets terwijl de [SHIFT]-toets
ingedrukt wordt gehouden.
De cue-lusstand wordt geactiveerd.
2 Druk tijdens het afspelen op een performance-pad.
Het lus-beginpunt wordt ingesteld op de hot-cuepositie en de lus begint te spelen.
! De lengte van de lus op dit moment is het aantal beats dat is ingesteld voor
automatische lus-weergave.
De lus-beginpunten worden toegewezen aan de performance-pads zoals hieron-
der wordt getoond.
Lus 1
Lus 2
Lus 5
Lus 6
! Bij de cue-lusfunctie wordt het hot-cuepunt gebruikt als beginpunt van de lus.
Als er op een performance-pad wordt gedrukt waaronder al een hot-cuepunt is
ingesteld, zal de lus beginnen te spelen vanaf dat hot-cuepunt.
3 Druk tijdens de lusweergave op de [PARAMETERc]-toets.
De afspeellengte van de lus halveren.
Als u op de [LOOP 1/2X] toets drukt, krijgt u hetzelfde effect.
4 Druk tijdens de lusweergave op de [PARAMETERd]-toets.
De afspeellengte van de lus verdubbelen.
Als u op de [LOOP 2X] toets drukt, krijgt u hetzelfde effect.
5 Druk tijdens de lusweergave op de [LOOP 1/2X] of [LOOP 2X]-
toets terwijl de [SHIFT]-toets ingedrukt wordt gehouden.
De lus wordt verplaatst terwijl de lengte hetzelfde blijft (lus-shift).
6 Houd de [SHIFT]-toets ingedrukt en druk tegelijk op
dezelfde performance-pad.
Het muziekstuk keert terug naar het ingestelde lus-beginpunt en de lus-weergave
wordt voortgezet.
7 Druk nog eens op dezelfde performance-pad.
De lus-weergave wordt geannuleerd.
De opgeslagen lus gebruiken
Met deze functie wordt de lus opgeslagen in een luspostie van Serato DJ of wordt er
een opgeslagen lus opgevraagd.
1 Druk op de [ROLL]-standtoets terwijl de [SHIFT]-toets
ingedrukt wordt gehouden.
De opgeslagen lus-stand wordt geactiveerd.
2 Druk tijdens het afspelen van de lus op een
performance-pad.
Er wordt een lus toegewezen aan de luspositie van Serato DJ.
Slot 1
Slot 2
Slot 5
Slot 6
3 Druk terwijl u de [SHIFT] toets ingedrukt houdt op de
performance-pad.
Het afspelen gaat verder als u naar het begin van de lus gaat.
4 Druk nog eens op dezelfde performance-pad.
De lus-weergave wordt geannuleerd.
5 Druk tijdens de lusweergave op de [PARAMETERc]-toets.
De afspeellengte van de lus halveren.
6 Druk tijdens de lusweergave op de [PARAMETERd]-toets.
De afspeellengte van de lus verdubbelen.
7 Druk tijdens de lusweergave op de [LOOP 1/2X] of
[LOOP 2X]-toets terwijl de [SHIFT]-toets ingedrukt wordt
gehouden.
De lus wordt verplaatst terwijl de lengte hetzelfde blijft (lus-shift).
! Wanneer de lus-shift-functie wordt gebruikt en de lengte van de opgeroepen
lus gewijzigd wordt, wordt de lusinstelling overschreven en opgeslagen.
Lus 3
Lus 4
Lus 7
Lus 8
Slot 3
Slot 4
Slot 7
Slot 8
Nl
19