8.3
Binnenunit plaatsen
8.3.1
Opstellingsruimte
De binnenunit dient aan een wand gemonteerd te worden die
voldoende draagkracht heeft om het toestel, gevuld met water,
te kunnen dragen.
Bij lichte wandconstructies bestaat de mogelijkheid dat er
resonantiegeluiden optreden.
Binnen een afstand van 2 meter van het toestel dient een
wandcontactdoos met randaarde voorhanden te zijn.
De binnenunit dient bij voorkeur in de nabijheid van de
CV-ketel geplaatst te worden. Houd hier rekening mee bij de
projectering van het installatie- en het leidingwerk.
Om bevriezing van de binnenunit te voorkomen dient deze in
een vorstvrije ruimte geïnstalleerd te worden.
Zorg voor een goede bereikbaarheid van de binnenunit door
voldoende vrije ruimte rondom het toestel in acht te houden.
Dit bevordert onder meer het onderhoud en eventuele
reparaties.
8.3.2
Binnenunit monteren
1. Bevestig de ophangstrip, met daarvoor geschikte
bevestigingsmaterialen (niet inbegrepen), horizontaal
(waterpas) aan de wand.
2. Plaats de binnenunit: Schuif deze van boven naar beneden
over de ophangstrip.
1. Ophangstrip monteren
2. Binnenunit plaatsen
29