CONFIGURATIE REGELAAR
5.2.7 Instellingsmenu Regelaar
DISPLAY
INSTELLING
= 14% van het
volledig bereik
= 91% van het
volledig bereik
= Stel de Sluiten
stroom in
(Standaardwaarde
is 4mA
= Stel de Open
stroom in
(Standaardwaarde
is 20mA)
= Uit – Volle stroom
= Lage stroom
= Extra Lage Stroom
= Wachtwoord
= Wachtwoord
(standaardwaarde
vetgedrukt)
Het afvraagsignaal voor sluiten kalibreren
Pas het afvraagsignaal voor Sluiten op de actuator toe en Accepteren.
Het afvraagsignaal voor openen kalibreren
Pas het afvraagsignaal voor Openen op de actuator toe en Accepteren.
Stel de CPT Uitgang Stroomgrens voor Sluiten in
Plaats de actuator op de Sluitgrens.
Sluit een meter aan op de CPT uitgangen (raadpleeg het toepasselijke bedradingsschema)
om de uitvoer te meten
Gebruik de +/- toetsen om de gewenste uitgangsstroom af te stellen en Accepteren.
Er wordt een lineare schaal uitgevoerd voor posities tussen de open- en sluitgrenzen.
Stel de CPT Uitgang Stroomgrens in voor Openen
Plaats de actuator op de Opengrens.
Sluit een meter aan op de CPT uitgangsaansluitingen (raadpleeg het toepasselijke
bedradingsschema) om de uitvoer te meten.
Gebruik de +/- toetsen om af te stellen op de gewenste uitgangsstroom en Accepteren.
Er wordt een lineaire schaal uitgevoerd voor posities tussen de open- en sluitgrenzen.
Lage stroommodus instellen
TEr zijn twee opties beschikbaar om het stroomverbruik te verminderen.
In de Lage Stroommodus wordt de achterverlichting uitgezet tenzij er een
verplaatsing plaatsvindt of een kalibratie wordt uitgevoerd
In de Extra Lage Stroommodus wordt de achterverlichting uitgezet tenzij er een verplaatsing
plaatsvindt of een kalibratie wordt uitgevoerd, het monitorrelais is omgekeerd; en de CPT
wordt uitgeschakeld.
Nieuwe Wachtwoord Instellen
Voer een nieuw wachtwoord in dat benodigd is om de instellingen te wijzigen. Er worden
hexadecimale cijfers van 00 tot FF gebruikt. Een versleutelde waarde wordt weergegeven
wanneer het juiste wachtwoord nog niet ingevoerd en geaccepteerd is.
Terugzetten naar de standaardwaarden die op de fabriek zijn ingesteld
Scroll onmiddellijk na het geconfigureerde wachtwoord naar het wachtwoord en druk op
Accepteren.
De standaardwaarden kunnen opnieuw gedefinieerd worden. Zie Paragraaf 5.2.9 "Sd".
BESCHRIJVING
20