Montage-instructies
Vereisten voor tractor
•
18 KW—660
•
24 KW—880
•
Correcte bandenspanning
•
Categorie één 3-punts trekhaak, vastgesteld
minimaal hefvermogen 637 kg werktuig –
660
Categorie één 3-punts trekhaak, vastgesteld
minimaal hefvermogen 771 kg werktuig –
880
•
540 tpm voor aftakas van tractor
•
Voldoende gewicht op vooreinde van tractor
(ballast)
Vereisten voor ballast
LET OP
Om letsel te voorkomen en extra stabiliteit te
bieden, moet u ervoor zorgen dat er voldoende
ballast op het vooreinde van de tractor is geplaatst.
Als u wilt weten hoeveel ballast u op het vooreinde
moet plaatsen, raadpleeg dan de
gebruikershandleiding van de tractor.
Raadpleeg de gebruikershandleiding van de tractor
voor informatie over de vereiste ballast.
Montage onderste
bevestigingsarmen
1.
Zorg ervoor dat de verluchter bij koppeling aan
de tractor op een vlak, horizontaal oppervlak
staat.
2.
Rij in een rechte lijn achteruit naar de verluchter
met de onderste bevestigingsarmen naar beneden
gebracht ter hoogte van de onderste bevestigings-
pennen van de verluchter.
3.
Zorg ervoor dat de aftakas is ontkoppeld.
Schakel de parkeerrem, zet de motor af en haal
4.
het sleuteltje uit de contactschakelaar. Wacht tot
de motor en alle bewegende delen tot stilstand
zijn gekomen voordat u de bestuurdersstoel
verlaat.
Schuif de linker en de rechter bevestigingsarmen
5.
over de bevestigingspennen (Afb. 1).
1
1. Onderste bevestiging
2. Lynch-pen
6.
Schuif de onderste bevestigingsarm over de
bevestigingspen en zet deze vast met de lynch-
pennen (Afb. 1)
Montage bovenste bevestiging
N.B.: de voorkant van de verluchter moet zich tijdens
het gebruik ALTIJD in een verticale positie bevinden
of een lichte hoek voorwaarts maken om de beste
verluchtingsgaten te verkrijgen (Afb. 2). Deze hoek
zal veranderen als de werkdiepte wordt gewijzigd. U
moet de bovenste bevestiging bijstellen om deze hoek
te regelen. Raadpleeg Bediening voor extra informatie.
1. 0–8° Werkbereik
9
2
Afb. 1
Afb. 2