Inhoudsopgave
Advertenties
Zonnepomp schakelt uit
Voorrang buffervat 1
Maximum buffervat 1
THBEnl2126 01/15 V 1.4
De zonnepomp schakelt in de volgende gevallen uit:
• De collectortemperatuur is lager dan de ingestelde instelwaarde warm water
+ 5.
• De collectortemperatuur is lager dan de boilertemperatuur + 5
• 10 minuten na het inschakelen, als de collectortemperatuur lager is dan 80
°C.
• Het water in de boiler heeft de maximale boilertemperatuur bereikt.
• Bij installaties met twee boilers: Het water in beide boilers heeft de desbetref-
fende maximale boilertemperatuur bereikt.
Aanschuiven
De zonneregelaar kan de temperatuur in de buiscollectoren alleen exact meten als
de zonnepomp is ingeschakeld. Daarom wordt de zonnepomp, samenhangend
met de collectortemperatuur, kort ingeschakeld. Dit "aanschuiven" gebeurt alleen
overdag.
4.3.4 Diagnose en zelfcorrectie
De diagnosefunctie controleert alle functies van het zonnestation en zorgt ervoor
dat de maximaal mogelijke winst uit zonne-energie wordt gehaald.
Indien nodig voert de zonneregelaar tests uit om de oorzaak van storingen te regi-
streren.
Kleinere storingen kan de zonneregelaar zelfstandig oplossen, bijvoorbeeld door
een speciaal ontluchtingsprogramma te starten, het uur te corrigeren of de volu-
mestroom te verhogen.
Storingen die de zonneregelaar niet zelfstandig kan oplossen en storingen die de
vorstveiligheid of het zonne-energierendement kunnen beïnvloeden, worden als
storingsmelding op het display weergegeven.
4.3.5 Registratie van de winst uit zonne-energie
De zonneregelaar registreert de opbrengst uit zonne-energie met behulp van de
volgende meetwaarden:
• Temperatuurverschil tussen solar aanvoerleiding en solar retourleiding
• Volumestroom
Het zonne-energievermogen resulteert door de optelling van de volgende twee
waarden:
• Dagrendement
• Totaal rendement
Beide waarden worden opgeslagen en kunnen ook na een stroomuitval worden
opgeroepen.
De dagopbrengst wordt automatisch gewist om middernacht. Het totale rende-
ment kan handmatig worden gewist.
4.3.6 Installaties met twee buffervaten
U kunt bij zonne-energiesystemen met twee buffervaten vastleggen, volgens wel-
ke strategie de zonne-energie in het buffervat moet worden gebracht.
Eerst wordt het water in buffervat 1 op de ingestelde vereiste waarde voor warm
water verwarmd. Daarna schakelt de omschakelklep altijd op het telkens koudere
buffervat over, tot het water in de beide buffervaten de maximale opslagtempera-
tuur heeft bereikt. Dan schakelt de solarpomp uit.
Eerst wordt het water in buffervat 1 op de ingestelde maximale opslagtempera-
tuur verwarmd. Daarna schakelt de omschakelklep over op buffervat 2.
Het water in buffervat 2 wordt op de ingestelde maximale temperatuur voor buf-
fervat 2 verwarmd. Dan schakelt de solarpomp uit.
4 Productbeschrijving
11
Advertenties
Inhoudsopgave
