• Zie "INDIVIDUELE INSTELLING VAN SYSTEEM VOOR
SIMULTANE WERKING" voor details over het afzonderlijk instellen
van de master- en slave-units.
Tabel 6
Instelling
Functienr.
Paarsysteem (1 unit)
Simultaan
werkend
systeem (2 units)
11 (21)
Simultaan
werkend
systeem (3 units)
Tweedubbele multi
(4-units)
11-7
INDIVIDUELE INSTELLING VAN SYSTEEM VOOR
SIMULTANE WERKING
Het is eenvoudiger een optionele afstandsbediening te gebruiken voor
het instellen van de slave-unit.
< Procedure >
• Voer de volgende procedures uit bij het apart instellen van de master-
en slave-unit.
• "
" in de tabellen geeft de fabrieksinstellingen aan.
(Opmerking) Het "Functienr." is ingesteld op basis van een groep.
Om een Functienr. voor elke binnenunit afzonderlijk in
te kunnen stellen of de instellingen te bevestigen,
moet het Functienr. in de parenthesis worden
ingesteld.
(1) Verander de TWEEDE CODE in "02", individuele instelling, zodat
de slave-unit apart kan worden ingesteld.
Tabel 7
Instelling
Functienr.
Groepsinstelling
11 (21)
Individuele instelling
(2) Maak de lokale instelling (Zie 11-1 tot en met 11-5) voor de master.
(3) Zet de hoofdvoedingschakelaar uit nadat (2) is voltooid.
(4) De afstandsbediening verwijderen van de master-unit en aansluiten
op de slave-unit.
(5) De hoofdvoedingschakelaar opnieuw aanzetten en, zoals in (1), het
TWEEDE CODE-nr. wijzigen in "02", individuele instelling.
(6) Maak de lokale instelling (Zie 11-1 tot en met 11-4) voor de master.
(7) Zet de hoofdvoedingschakelaar uit nadat (6) is voltooid.
(8) Wanneer er meerdere slave-units in het systeem worden gebruikt,
herhaalt u de stappen (4) tot (7).
(9) Na de instelling de afstandsbediening verwijderen van de slave-unit
en opnieuw aansluiten op de masterunit. De instelling is nu
voltooid.
* U hoeft de afstandsbediening van de master-unit niet opnieuw te
bedraden als de als optie verkrijgbare afstandsbediening van de
slave-unit wordt gebruikt. (Maak echter wel de bedrading van
het klemmenblok voor de afstandsbediening van de master-unit
los.) Na instelling van de slave-unit verwijdert u de bedrading
van de afstandsbediening en bedraadt u de afstandsbediening
van de master-unit opnieuw. (De binnenunit werkt niet goed als
er twee of meer afstandsbedieningen op de unit zijn
aangesloten in een simultaan werkend systeem.)
17
EERSTE
TWEEDE
CODENR.
CODENR.
01
02
0
03
04
EERSTE
TWEEDE
CODENR.
CODENR.
01
1
02
( 3 ) ( 7 )
Aardleks-
Voeding
chakelaar
220 - 240V
~
50Hz
Buitenunit
1 2 3
OPMERKING)
OPMERKING)
1 2 3
1 2 3
P1 P2
P1 P2
Binnenunit
Binnenunit
(Master)
(Slave)
Afstandsbediening
P1 P2
( 1 )
( 2 )
Afb. 39
OPMERKING
• De nummer van de aansluitklemmen van de binnen- en buitenunits
moeten overeenstemmen.
12.
PROEFDRAAIEN
VOORZORGSMAATREGELEN
Deze taak is alleen van toepassing wanneer u de
gebruikersinterface BRC1E52 of BRC1E53 gebruikt. Als u een
andere gebruikersinterface gebruikt, raadpleeg dan de installatie-
of servicehandleiding van de gebruikersinterface.
OPMERKING
• Achtergrondverlichting. Om een AAN/UIT-actie uit te voeren op de
gebruikersinterface moet de achter-grondverlichting niet branden.
Voor alle andere acties moet het wel eerst branden. Als u op een
knop drukt, gaat de achtergrondverlichting gedurende ±30 seconden
branden.
1. Voer de inleidende stappen uit.
Tabel 8
#
Open de vloeistofafsluiter (A) en de gasafsluiter (B) door de
steeldop te verwijderen en linksom te draaien met een
zeskantige steeksleutel tot hij stopt.
1
A
2
Sluit het servicedeksel om elektrische schokken te voorkomen.
Zet de stroom ten minste 6 uur voor de start van de werking aan
3
om de compressor te beschermen.
Zet het apparaat op de gebruikersinterface in de bedrijfsmodus
4
voor koeling.
Aardleks-
Voeding
chakelaar
220 - 240V
~
50Hz
Buitenunit
1 2 3
1 2 3
1 2 3
P1 P2
P1 P2
Binnenunit
Binnenunit
(Slave)
(Master)
( 4 )
P1 P2
( 9 )
Afstandsbediening
( 5 )
( 6 )
Actie
B
Nederlands