Het luchtinlaatpaneel monteren met een stoffen aansluiting
(Zie afbeelding 7a)
Het luchtinlaatpaneel rechtstreeks monteren (Zie afbeelding 7b)
1
Plafondoppervlak
2
Plafondopening
3
Luchtinlaatpaneel (optioneel accessoire)
4
Binnenunit (achterzijde)
5
Stoffen aansluiting voor luchtinlaatpaneel (optioneel accessoire)
Model
50
63
Bodemaanzuiging (Zie afbeelding 7c)
De unit kan worden gebruikt met bodemaanzuiging
OPMERKING
door de verwisselbare plaat te vervangen door de
luchtfilterhouderplaat.
1
Luchtfilterhouderplaat met luchtfilter(s)
2
Verwisselbare plaat
Voor een andere installatie dan de standaardinstallatie,
OPMERKING
neemt u contact op met uw Daikin-dealer voor
bijzonderheden.
2
De ventilatorsnelheid voor deze binnenunit is voorgeprogrammeerd
om standaard externe statische druk te leveren.
3
Monteer de ophangbouten.
(Gebruik een maat bout van M10 voor de ophangbout.) Gebruik
verankeringen voor bestaande plafonds en een verzonken
inzetstuk,
verzonken
meegeleverde onderdelen voor nieuwe plafonds ter versteviging
van het plafond om het gewicht van de unit te kunnen dragen.
Installatievoorbeeld
(Zie afbeelding 3)
1
Verankering
2
Plafondtegel
3
Lange moer of wartel
4
Ophangbout
5
Binnenunit
Alle bovenvermelde onderdelen worden niet
OPMERKING
meegeleverd.
Voor
een
standaardinstallatie, neemt u contact op met uw
dealer voor bijzonderheden.
A (mm)
1460
1610
verankeringen
of
andere
andere
installatie
dan
Installatie binnenunit
Wanneer optionele accessoires worden geïnstalleerd (behalve het
luchtinlaatpaneel), lees dan ook de montagehandleiding van de
optionele accessoires. Naargelang de omstandigheden ter plaatse,
kan het eenvoudiger zijn om de optionele accessoires te installeren
voordat de binnenunit zelf wordt geïnstalleerd.
1
Monteer de binnenunit voorlopig.
-
Bevestig de ophangbeugel aan de ophangbout. Zorg dat
deze stevig wordt vastgehecht door middel van een moer
en pakkingring aan de boven- en onderzijde van de
ophangbeugel. (Zie afbeelding 4)
1
Moer (niet meegeleverd)
2
Sluitring voor ophangbeugel (meegeleverd met de unit)
3
Draai vast (dubbele moer)
2
Controleer of de unit horizontaal waterpas staat.
-
Installeer de unit niet gekanteld. De binnenunit is uitgerust
met een ingebouwde afvoerpomp en vlotterschakelaar.
(Als de unit tegen de richting van de condenswaterstroom in
gekanteld staat, kan de werking van de vlotterschakelaar
verstoord raken en er water beginnen te lekken.)
-
Controleer of de unit waterpas staat aan alle vier hoeken met
een waterpas of een vinylbuis gevuld met water, zoals op
afbeelding 9 wordt getoond.
1
Waterpas
2
Vinylbuis
3
Draai de bovenste moer vast.
De leiding monteren
Sluit het meegeleverde kanaal aan.
Luchtinlaatzijde
-
Bevestig het kanaal en de flens aan inlaatzijde (lokale
levering).
niet
-
Sluit de flens aan op de hoofdunit met de
accessoireschroeven (7).
-
Wikkel de flens aan inlaatzijde en het kanaalaansluitgedeelte
in met aluminiumtape of iets dergelijks om te voorkomen dat
er lucht ontsnapt.
Wanneer u een leiding bevestigt aan de inlaatzijde, moet u een
luchtfilter plaatsen in de luchtdoorgang aan de inlaatzijde.
(Gebruik een luchtfilter met een stofopvangefficiëntie van
minstens 50% in een gravimetrische techniek.)
De aanwezige filter wordt niet gebruikt wanneer de
inlaatleiding bevestigd is.
Flens
(Lokale levering)
de
Verbindingsschroef (7)
(accessoire)
Aluminiumtape
(Lokale levering)
Flens
Hoofdunit
Luchtinlaatzijde
Luchtuitlaatzijde
Isolatiemateriaal
(Lokale levering)
Aluminiumtape
(Lokale levering)
4