Patiëntgegevens invoeren
Voorafgaand aan registratie kunnen patiëntgegevens worden ingevoerd. De velden met patiëntgegevens blijven
ingevuld tot u de ECG registreert; als u echter voor de registratie de afleidingen van de patiënt loskoppelt, de
elektrocardiograaf uit zet of de configuratie-instelling wijzigt, wordt de patiëntinformatie gewist.
Om het menu voor de patiëntgegevens te openen drukt u op F1 (ID) in de real-time ECG-weergave. Welke labels
met patiëntgegevens worden afgebeeld, wordt bepaald door het gekozen ID-formaat in de configuratie-instellingen.
Hieronder is het lange ID-formaat afgebeeld:
Figuur 3-1
OPMERKING: de ELI 10 biedt mogelijkheden voor korte, standaard, lange of aangepaste ID-formaten.
Ook kunt u eigen labels voor patiëntgegevens ontworpen in uw E-Scribe™ systeem voor gegevensbeheer
downloaden naar het apparaat. (Zie Deel 4.)
Patiëntgegevens kunnen handmatig of automatisch worden ingevuld op basis van een bestaand patiëntrecord in de
directory. Om handmatig patiëntgegevens in te voeren, gebruikt u
naar elk veld voor gegevensinvoer te gaan. Overgeslagen velden verschijnen als lege velden in de kop van de ECG-
afdruk op het E-Scribe-systeem.
TIP: typ F (V) op het toetsenbord om het geslacht te wijzigen in vrouwelijk; typ M om het te veranderen in
mannelijk.
3-4
(Enter),
(Tab), F1 (▲) of F2 (▼) om
DEEL 3