Algemeen onderhoud
Voorzorgsmaatregelen
•
Zet het apparaat uit voorafgaand aan inspectie of reiniging.
•
Dompel het apparaat niet onder in water.
•
Gebruik geen organische oplosmiddelen, oplossingen op ammoniakbasis of schurende reinigingsmiddelen
die het oppervlak van de apparatuur kunnen beschadigen.
Inspectie
Inspecteer de apparatuur dagelijks voor gebruik. Als er iets gerepareerd moet worden, neem dan contact om met een
gekwalificeerde servicemedewerker.
•
Controleer of alle kabels en connectors goed zijn aangesloten.
•
Controleer de behuizing en het chassis op zichtbare beschadigingen.
•
Inspecteer de kabels en connectors op zichtbare beschadigingen.
•
Inspecteer de juiste werking en het aanzien van sleutels en bedieningsmiddelen.
Buitenoppervlakken en patiëntkabels reinigen
1. Verwijder voorafgaand aan reiniging de kabels en afleidingsdraden van het apparaat.
2. Gebruik voor het algemeen reinigen van kabels en afleidingsdraden een zachte, niet-pluizende doek die
licht is bevochtigd met een milde oplossing van water en zeep. Veeg of blaas de oppervlakken droog.
3. Veeg voor het desinfecteren van de kabels en afleidingsdraden de buitenkant af met een zachte, niet-
pluizende doek en een oplossing van natriumhypochloriet (oplossing met 10% bleekwater): minimale
verdunning 1:500 (minimaal 100 ppm vrij chloor) en maximale verdunning 1:10 zoals aanbevolen door de
APIC-richtlijnen voor keuze en gebruik van desinfecterende middelen.
4. Wees voorzichtig met overtollige vloeistof, aangezien contant met metalen delen corrosie kan veroorzaken.
5. Dompel kabeleinden of afleidingsdraden niet onder; onderdompeling kan corrosie veroorzaken.
6. Gebruik geen overmatige drogingstechnieken zoals geforceerde warmtedroging.
WAARSCHUWING: het apparaat of de patiëntkabels nooit reinigen/desinfecteren door ze onder te
dompelen in een vloeistof, in een autoclaaf te plaatsen of te reinigen met stoom. Stel kabels nooit bloot
aan sterke ultraviolette straling.
Het apparaat reinigen
Ontkoppel het apparaat van de stroombron. Reinig het buitenoppervlak van het apparaat met een vochtige, zachte,
niet-pluizende doek en een oplossing van een mild reinigingsmiddel verdund in water. Droog na het wassen het
apparaat grondig af met een schone, zachte doek of een papieren handdoek.
Sterilisatie
EtO-sterilisatie wordt niet aanbevolen maar kan nodig zijn voor kabels en afleidingsdraden. Regelmatige sterilisatie
vermindert de nuttige levensduur van kabels en afleidingsdraden. Steriliseer indien nodig met ethyleenoxidegas
(EtO) bij een maximumtemperatuur van 50° C/122° F. Volg na EtO-sterilisatie de aanbevelingen van de fabrikant
van de sterilisator voor de vereiste beluchting.
Let op
Verkeerde reinigingsproducten en -processen kunnen het apparaat beschadigen, afleidingsdraden en kabels bros
maken, metaal corroderen en de garantie ongeldig maken. Ga bij reiniging of onderhoud van het apparaat
voorzichtig te werk en volg de juiste procedure.
xiii