5
Installatie
5.8
Storing van de rookgassensor verhelpen
Voor de registratie en bewaking van de rookgastemperatuur
is de rookgassensor met een temperatuurvoeler in de stro-
mingsbeveiliging uitgerust.
Bij eenmalige storing is de heringebruikneming als volgt
mogelijk:
> Draai de bedieningsknop in "uit"-stand
pos. 1).
> Druk de ontgrendelingsknop in (¬ afb. 4.3, pos. 4).
> Neem het toestel zoals beschreven in gebruik.
Gelieve bij herhaalde storing de rookgasinstallatie, de ver-
brandingsluchttoevoer en de correcte afvoer van de rook-
gassen te controleren.
i
In geen geval mag de rookgasbewakingsinrich-
ting buiten bedrijf gesteld worden.
5.9
Toestel bedrijfsklaar maken
Opgelet!
b
Defect door verkeerde gassoort!
> Vergelijk vóór inbedrijfstelling van het
toestel de gegevens m.b.t. de ingestelde
gassoort op het typeplaatje met de gas-
soort ter plaatse. Een controle van het
gasvolume is niet nodig. De instelling
gebeurt aan de hand van het CO
deel in het rookgas.
> Controleer of de geleverde toesteluitvoering met de
voorhanden gassoort overeenkomt.
> Stel de gassoort om als de geleverde toesteluitvoering
niet met de voorhanden gasfamilie of de gassoort over-
eenkomt.
Principieel is geen gasinstelling vereist.
Eventueel kunt u de instelling volgens het hoofdstuk "Gasin-
stelling controleren" controleren.
i
Vergelijk de gegevens op het typeplaatje met de
plaatselijke gasomstandigheden (gassoort en
Wobbe-index). Informatie krijgt u bij de plaatse-
lijke gasmaatschappij.
14
(¬ afb. 4.3,
2
1
-aan-
2
5.7 Inbedrijfstelling
Legenda
I
Vaillant veiligheidsgroep DN 20 zonder drukregelaar
II Vaillant veiligheidsgroep DN 20 met drukregelaar
III Stromingsrichting
1
Afdekkap
2 Gasafsluitkraan
b Afsluitklep
g Koudwaterstopkraan
> Monteer voor de branderopening de afdekkap (1).
> Open de gasafsluitkraan (2).
> Open de afsluitventielen (b en g).
> Vul de atmoSTOR VGH met water
> Neem het toestel zoals beschreven in gebruik.
Bedienings- en installatiehandleiding atmoSTOR 0020148317_00
III
g
b
I
II