HOOFDSTUK
2
2
De bosbouwmaaier is een werktuig dat niet zelfstandig kan werken en wordt dus opgehangen en aangeslo-
ten aan een machine (bijvoorbeeld de Herder Grenadier).
Voor een veilig gebruik moeten dus ook de veiligheidsvoorschriften van deze machine worden
opgevolgd.
De massa van de bosbouwmaaier (zie hoofdstuk 5) beïnvloedt de stabiliteit van de machine waar-
aan de bosbouwmaaier is bevestigd. Werk alleen met de combinatie als deze stabiel genoeg is.
De machine mag alleen worden bediend door personen die ermee vertrouwd zijn of voldoende
instructie hebben gehad.
Wees voorzichtig tijdens het aan- en afkoppelen. Zorg altijd voor een goede ondersteuning.
Koppel de bosbouwmaaier met originele onderdelen aan.
Zorg dat bij het aansluiten van de bosbouwmaaier de slangaansluitingen volgens de kleurcoderin-
gen zijn aangesloten (zie hoofdstuk 5).
Houd handen, voeten en kleding uit de buurt van bewegende delen zoals de rotor met beitels.
Blijf buiten de gevaarlijke zone rond de bosbouwmaaier zoals hieronder is afgebeeld.
40 meter
40 meter voor en achter de bosbouwmaaier en 15 meter aan beide zijden van de bosbouwmaaier
worden beschouwd als gevaarlijke zone. Dit houdt in dat bij werken zoals bermen de gehele weg
zal moeten worden afgezet.
Lees de volgende veiligheidsvoorschriften
voor u de bosbouwmaaier in gebruik neemt
gevaarlijke zone van bosbouwmaaier
1-4022-20Nov15/W2-WK
Veiligheidsvoorschriften
Veiligheidsvoorschriften
2-1
40 meter