Steekbreedte/steekpositie (4)
Gebruik "+" en "-" om de steekbreedte te
verkleinen of te vergroten.
Gebruik voor rechte steken "+" en "-" om de
steekpositie naar links of naar rechts te verplaatsen.
Als er een rechte steek is geselecteerd, verschijnt
het pictogram van de naaldpositie (A) op het
display om aan te geven dat steekpositie actief is
in plaats van steekbreedte. Als u de steekpositie
verandert, verandert het pictogram van de
naaldpositie op het display mee.
Let op: Er zijn 29 naaldposities, maar het pictogram op
het display kan alleen bij benadering de positie van de
naald laten zien.
Spiegelen
Voor een decoratief effect kunnen steken horizon-
taal worden gespiegeld. Sommige steken kunnen
vanwege hun ontwerp of functie niet worden
gespiegeld. Knoopsgaten, de stopsteek en de trens
zijn voorbeelden van steken die niet kunnen wor-
den gespiegeld.
Om een steek horizontaal te spiegelen, drukt u
op horizontaal spiegelen (B). Er verschijnt een
pictogram (C) op het display dat aangeeft dat de
geselecteerde steek is gespiegeld.
Er klinkt een waarschuwingsgeluid wanneer u een
steek probeert te spiegelen die niet kan worden
gespiegeld.
Functie Automatisch vergrendelen
Druk voor rechte steken (rechtstreekse-
selectiesteken 0 en 1, en patroonmodussteken
17 en 48) op de toets Automatisch vergrendelen
(D) om onmiddellijk afhechtsteken te naaien en
automatisch te stoppen.
Het pictogram voor Automatisch vergrendelen (E)
staat op het display totdat de machine is gestopt.
Voor de andere steken drukt u op toets
Automatisch vergrendelen om afhechtsteken
te naaien aan het einde van de huidige steek
en automatisch te stoppen. Het pictogram voor
Automatisch stoppen (F) staat op het display totdat
de machine is gestopt.
De functie wordt geannuleerd als u nogmaals op
de toets drukt of een ander patroon selecteert.
Let op: De functie Automatisch vergrendelen is niet
beschikbaar voor patroonmodussteken 07-16.
Direct
B
Patterns
D
E
Direct
F
Patterns
A
4
C
23