Naaien
De machine is na het inschakelen ingesteld op de rechtstreekse-selectiemodus. Standaard is de rechte
steek geselecteerd.
Naaimodus – overzicht
1.
Geselecteerd steeknummer
2.
Aanbeveling – naaivoet
3.
Steeklengte
4.
Steekbreedte/steekpositie
5.
Naaldpositie
6.
Naaldstoppositie
Let op: Als er bij de aanbeveling voor de naaivoet een
+ staat, is er een optionele naaivoet nodig voor de
geselecteerde steek. Zie de stekentabel op pagina 9 voor
details over de naaitechnieksteken.
Een steek selecteren
Wanneer de machine is ingesteld op de rechtstreekse-
selectiemodus, kunnen de nuttige steken 0 tot 9
eenvoudigweg worden geselecteerd door op de
bijbehorende steekselectietoets te drukken.
Wanneer de machine is ingesteld op de patroon- of
de alfabetmodus, drukt u op een combinatie van
de steekselectietoetsen om een steek of een letter te
selecteren.
Aanpassingen aan steken
Uw machine stelt automatisch de lengte en
breedte/positie in voor de geselecteerde steek.
U kunt uw eigen aanpassingen maken aan de
geselecteerde steek.
De veranderingen aan de instelling hebben alleen
invloed op de geselecteerde steek en worden
teruggezet op standaard wanneer een andere steek
wordt geselecteerd. De veranderde instellingen
worden niet automatisch opgeslagen wanneer u de
naaimachine uitzet.
De ingestelde steekbreedte en steeklengte staan
naast de pictogrammen voor alle aanpassingen.
Wanneer u probeert de minimum- of
maximuminstellingen te overschrijden, hoort u een
waarschuwingsgeluid.
Let op: De standaardwaarde van een instelling knippert
op het display wanneer u door de instellingswaarden
bladert.
Steeklengte (3)
Gebruik "+" en "-" om de steeklengte te vergroten
of te verkleinen.
22
6
1
Direct
2
Direct
5
3
4
3 3